SJAAK GROSTHUIZEN 21 september 2013 – Kritikreten
Wij kwamen gisteren thuis na drie weken vertoefd te hebben in het Overijsselse Salland. Een mooie omgeving waar mevrouw Grosthuizen af en toe bekende dat ze daar best met plezier zou kunnen wonen. Ik heb dat idee niet direct verontwaardigd van de hand gewezen. Dat voelde een beetje als vreemd gaan. Hoorn, zo las ik gisteren in het nieuwe kwartaalblad van Vereniging Oud Hoorn, staat op de derde plaats van Noord-Hollandse steden met monumenten. In de krant stond de glunderende D66-wethouder van Hoorns antiek Peter Westenberg die er onlangs achter kwam waar de klepel van de gerestaureerde klok van de Noorderkerk uithing en tot zijn grote opluchting mocht ervaren en dat eigenlijk niemand wist waar de oude klepel hing. Gelukkig hoort men in Hoorn een nieuw monumentaal geklep erbij.
Bij het gretig opslurpen van lokale nieuwsfeiten trof ik berichten aan over de fraaiheid van de stad. Ons gemeentebestuur lijkt zich nadrukkelijk iets te willen aantrekken van standpunten van de goegemeente. Wat doen we met het Havenkwartier? Hoe bereikbaar moet dit gebied zijn en voor wie? Vijf varianten werden in de krant getoond met de mededeling dat men ook nieuwsgierig is naar nog andere varianten. Ik vrees dat iedereen nu al kan voorspellen dat zelfs na een in gezamenlijk overleg tot stand gekomen eindvariant, stormen van protest in verschillende varianten zullen losbarsten. Hoorn is daar goed in en er zijn meer dan genoeg varianten van fracties in de raad die zich achter welke variant van protest dan ook zullen willen scharen. En anders kan men altijd nog een nieuwe partij oprichten.
En hoe slecht is dat voor de stad?
Dat heikele zaken eigenlijk niet het onderwerp zouden moeten zijn voor de fracties worden door onze kordate burgervader ferm aangetoond. Niet meer zaniken, we doen het zó! Hoorn is weer een stuk veiliger geworden in de afgelopen paar jaar. Hoe zou dat nou komen? Het huidige college heeft zich een aantal malen krachtdadig betoond met maatregelen waar oppositiepartijen tevergeefs tegen te hoop liepen. Welke maatregel voor een leefbare stad ook wordt voorgesteld, altijd moet daarop worden ingeleverd vanwege gesteggel tussen partijen. Enerzijds zou dit kunnen opgevat als het falen van democratie. Hoe meer partijen, des te minder democratie. Mag je in dat licht gezien, onze burgemeester zien als een milde dictator? En hoe slecht is dat voor de stad?
Ik slaap wel eens slecht bij dit soort lemma’s. Zijn we als Nederlandse polderbewoner reeds zodanig genetisch aangepast aan compromissenpolitiek dat we ons ongemakkelijk voelen bij besluiten zonder gezeik? Is dat ook de reden waarom ons kabinet het zo moeilijk heeft? Twee partijen die elkaar om beurten pijn doen om eindeloos gezaag over belangrijk geachte zaken te vermijden? Als grote salarissen meer moeten inleveren, dan mag daar best wel wat Joint Fight Strikers tegenover staan.
De burgemeester wordt voor alles en nog wat uitgemaakt.
Het deed mij natuurlijk wel goed onze burgervader op de landelijke televisie de officiële Hoornse standpunten rondom drankgebruik en sluitingstijden te zien verwoorden en dan te weten dat tegelijkertijd een coffeeshop alhier werd geopend, dankzij zijn persoonlijke inspanning. Is dit nu ook Hoorn? vroeg ik me af. Wie discussieplatforms van Facebook raadpleegt, kan lezen op welke toon besluiten van de gemeente over sluitingstijden worden besproken. De burgemeester wordt voor alles en nog wat uitgemaakt. Wordt het gelijk van de genomen maatregelen over niet al te lange tijd bewezen, wanneer Hoorn weer een paar stapjes lager op ongunstige lijstjes komt te staan? Of wanneer men zich hier gaat afvragen wat comazuipen nou eigenlijk is en waar komt dat dan wel voor?
Volgend jaar vieren we het gemeentelijke feest van de democratie wanneer iedereen mag uitmaken welke politici het liefst en best worden gevonden. Stijgen de kansen wanneer geen enkele partij onsympathieke maatregelen meer hoeft te nemen, omdat de ongekozen burgemeester die wel neemt? Wordt dat met een democratische meerderheid steeds goed gevonden en moet je kritiek daarop overlaten aan burgers van de stad die Facebook en Twitter frequenter gebruiken dan de burgemeester? Wanneer lezen we dan op Twitter zijn repliek: de honden blaffen, maar de karavaan trekt verder?
Met schelden bereik je niet veel
Ik vind het jammer dat digitale kritikreten vaak zo stijlloos zijn. En dat in een monumentale stad. Ik geef direct toe: je moet van goeden huize komen om Onno van Veldhuizen op dezelfde stijlvolle wijze van repliek te kunnen dienen, maar het zou het culturele niveau van de stad wel ten goede komen. Met schelden bereik je niet veel. Cést le ton qui tue la musique.