SJAAK GROSTHUIZEN 5 oktober 2013 – Vanzelfsprekend gelukkig
Heel af en toe worden onze activiteiten die het vegeteren op de nationale reserves overstijgen beloond met een kleine financieel gebaar. We zijn daar steevast heel dankbaar voor en zoeken dan een bestemming die de financiële basis van ons huishouden overstijgen. Boeken zijn altijd welkom en ook worden cd’s en dvd’s die we anders met enige pijn in het hart moeten laten staan met enige overwinningsvreugde aangeschaft. Sinds niet eens zo lang geleden hoop ik via de blijken van waardering ook af en toe een fles mooie whisky te scoren hetgeen wij vanuit het normale budget als een zeer decadente handeling zien.
De extraatjes deponeren bij het huishoudgeld kwam eigenlijk niet bij ons op. Wanneer de financiële armslag veel groter zou zijn, zouden deze aankopen nauwelijks meer worden gezien als een extraatje, een luxe, iets waarvan we blij worden, omdat het onmogelijke toch mogelijk bleek. Er staan nu lp’s in mijn platenkast, waarvan ik nog precies weet wanneer die zijn gekocht en voor welke prijs. Dat laatste, omdat ik de prijsstickertjes er nooit heb afgehaald. Ik denk dat geluk groeit, naarmate vanzelfsprekendheid afneemt.
Het is een soort voetbal voor het sociale spectrum in ons mens zijn.
Ons mooie Hoorn is de afgelopen jaren gelukkig geweest met een polsstok, waarmee redelijk brede slootjes met droge voeten konden worden bedwongen. Een groeiende stad heeft ook steeds behoefte om op alle gebieden te groeien. Dat is gebeurd. Natuurlijk wel altijd met politiek gesteggel, want onze lokale politici zaten er natuurlijk niet voor niets. Mensen die de politieke taak vervullen, dienen bij tijd en wijle of hartstochtelijk voor- of rabiaat tegenstander te zijn. Democratie is goed beschouwd een spel, dat helaas voor een iets te kleine groep boeiend is om te spelen of van korte afstand met plezier te aanschouwen. Het is een soort voetbal voor het sociale spectrum in ons mens zijn.
Wanneer er genoeg geld is om te besteden, dan is de wedstrijd eigenlijk een beetje saai. Voor de vorm worden nog wel eens met enige heftigheid over moties gediscussieerd. Een plekje in de discussiebankjes kan voor deelnemers zo vormend zijn dat daar in andere echelons plezierig gebruik van gemaakt kan worden. Voor de gewone man wordt zo’n persoon iemand met wie je slechts vruchteloos in discussie kunt treden of alleen interessant is om naar te luisteren bij het uitkramen van nonpolitieke nonsens.
Wanneer de geldkist slechts een matig bedekte bodem te zien geeft, wordt het democratische spel spannender. Waar zullen de schaarse penningen aan worden uitgegeven? De zetten in het spel leveren hoe dan ook pijn op voor een deel van de bevolking. Voelbare pijn. Elk besluit om ergens iets financieel mogelijk te maken betekent dat op andere plaatsen zaken aan het noodlot of aan de ondernemingszin van de burgerij wordt overgelaten. Zaken die jarenlang vanzelfsprekend waren worden niet meer gezien als primaire zorg voor een gemeentelijke overheid. Is dat vanzelfsprekend?
De Verborgen Verleiders
Ik ben geboren en jonggetogen in een tijd, dat er nauwelijks of geen extraatjes bestonden. De basisbehoeften waren werkelijk basaal en zelfs hierin werd niet met grote vanzelfsprekendheid in voorzien. In onze kringen legde men zich daar, soms mokkend, bij neer. In de samenleving hing de geur van een naderende lente en beetje bij beetje zijn we meegegroeid in de uitbreiding van de behoeften. In de tijd dat in het boek van Vance Packard, De Verborgen Verleiders, uit de doeken werd gedaan hoe wij door de groeiende industrie hebzuchtbevorderend werden benaderd, veranderde ons concept van basisbehoeften. De toestand van de werkende mens in de tijd ervoor werd gezien als lamentabel en gelukkig leefden we niet meer in die vreselijke omstandigheden.
Maar toch, toen vadertje Drees wetten formuleerde om de oudere mens een menswaardig bestaan toe te staan werd hij ongetwijfeld met afgrijzen bekeken door teapartyachtige lieden in het landsbestuur. We wenden echter langzamerhand aan vanzelfsprekende verzorging.
roept onze VVD-wethouder van schatkistbodems
Toen kwam de door de financiële wereldleiders vakkundig opgebouwde crisis. Het landsbestuur kan minder vanzelfsprekendheid garanderen en ook de gemeenten dienen een aanzienlijk eind van hun polsstok af te zagen. Een tekort van zes miljoen staat ons te wachten. Maar de tunnelplannen blijven recht overeind staan, roept onze VVD-wethouder van schatkistbodems. Want die worden betaald uit de parkeergelden. De parkeergelden zijn het extraatje waarvan de leuke dingen kunnen worden betaald. Hoe optimistisch mag je zijn, wanneer je voor de verre toekomst de extraatjes blijft besteden aan leuke dingen, zelfs wanneer wordt ingeleverd op de basisbehoeften in de gemeente? Wie dan een politiek leven wil hebben zal dan zorgen dat het geloofwaardig blijft.
Over een aantal jaren weten mevrouw Grosthuizen en ik, als doorgewinterde parasieten in een kleiner wordende ruif, of de extraatjes (als ze nog binnen komen) nog steeds besteed kunnen worden aan boeken, cd’s, dvd’s of mooie whisky. Ik vrees echter dat dan alleen de supermarkt daarmee het hoofd boven water tracht te houden.