REGIO – De wethouders voor Energiezaken van Westfriesland, verenigd in het portefeuillehoudersoverleg VVRE, hebben bij gedeputeerde Talsma aangedrongen op het meer en eerder betrekken van de gemeenten bij de plannen voor het realiseren van extra windmolens. Aanleiding is dat bij de locatiekeuzes die de provincie heeft gemaakt in het beleidskader Wind op Land, de regio pas in een zeer laat stadium is betrokken.
De Westfriese bestuurders hebben diverse vragen waarop nog geen antwoord is over dit provinciale plan. Bijvoorbeeld over het aantal locaties en hoe Westfriesland zelf meer kan profiteren van windmolens die in eigen regio komen. “In principe bestaat de bereidheid bij gemeenten mee te denken bij het oplossen van dit maatschappelijke vraagstuk. De gemeenten moeten dan wel als volwaardige partner worden beschouwd,” aldus het bericht aan gedeputeerde Talsma.
Draagvlak
Onlangs vond op initiatief van het portefeuillehoudersoverleg VVRE een overleg plaats met gedeputeerde Talsma. Daar stelde de voorzitter van het VVRE, Samir Bashara, namens de Westfriese gemeenten, dat de provincie pas in april van dit jaar voor het eerst naar gemeenten heeft gecommuniceerd over dit plan. De gemeenten waren toen volop bezig met het vormen van de nieuwe colleges. Vervolgens vond inspraak plaats in de zomer, waarna het ontwerp direct na afloop van de inspraak vanaf september ter inzage lag en de vaststelling voor december is geagendeerd. De strakke planning laat volgens de regio bestuurders weinig of geen ruimte om te kijken naar aangedragen alternatieven vanuit de regio.
De gedeputeerde verklaard de vaart naar een besluitvorming dat afspraken zijn gemaakt met de rijksoverheid: Als de provincie niet tijdig met plannen komt, bepaalt de Minister van Economische Zaken het zelf.
Overslaan
De wethouders constateren dat provincie en projectontwikkelaars op zoek zijn naar draagvlak in de regio, maar dat zij daarbij de gemeenten overslaan. De wethouders wijzen er op dat bestaande locaties nog beter kunnen worden benut, terwijl regionale initiatieven, zoals locaties Noordzeekanaal en Hollands Kroon niet van de provincie mogen worden uitgevoerd.
Lasten dan ook lusten
De VVRE-leden merkten op dat de gemeenten in de regio steeds intensiever samenwerken, wat ook een wens is van provincie en rijk. Het is dan teleurstellend als gemeenten vervolgens niet in stelling worden gebracht bij dit maatschappelijk vraagstuk. Als de regio de lasten te dragen krijgt, moet zij ook delen in de lusten. Daarbij wordt gedacht aan participatie in de exploitatie, geld voor maatschappelijke doelen, etc.
De wethouders constateren verder dat nu dubbel zoveel locaties zijn vastgesteld dan nodig is om de taakstelling te halen. Zij willen dan ook op korte termijn harde afspraken over de rol van de gemeenten bij besluitvorming over wat te doen met de ruimte die nu nog niet gebruikt wordt.
