23 mei 2015 – Column Sjaak Grosthuizen: Politiek is oorlog
Laten we duidelijk zijn: politiek, zelfs lokale politiek is niet voor watjes. Je zou, evenals over voetbal wordt beweerd, kunnen zeggen dat politiek oorlog is. In oorlogen worden zaken uitgevochten. In de politiek gaat het meestal om het gelijk. Gelijk vraagt strijd. Wie niet durft te strijden zal in de politiek nooit gelijk krijgen, al heb je dat nog zo duidelijk.
De afgelopen raadsvergadering van de Hoornse raad maakte me dat weer eens haarfijn duidelijk. Je hebt, om de uitleg wat simpel te houden, twee kampen. De coalitie en de oppositie. Meestal is de coalitie het grootst en zij hebben dus bij voorbaat de grootste kans om hun gelijk te halen. Dat is per definitie frustrerend voor de gezamenlijke fracties in de oppositie. Om toch je gelijk te kunnen halen en vooral ook om je achterban het beeld te geven dat je bereid bent werkelijk alles uit de kast te halen om dat te bereiken, zul je je moeten bedienen van ferme strijdmiddelen.
Onze Hoornse politici zijn echt niet de domsten.
Kijk, goede argumenten bedenken om beleidsvoorstellen onderuit te halen kunnen we allemaal wel. Onze Hoornse politici zijn echt niet de domsten. Zij zijn in staat om argumenten te bedenken, waar ik van mijn levensdagen niet opgekomen zou zijn. En allemaal klinken ze valide. Ik zoek wel eens naar zwakke plekken in de argumentatie, maar ik vrees dat het enige wat ik daartegen zou kunnen inbrengen is, dat de achterliggende feiten niet kloppen en dat ze er niets van begrepen hebben. En eerlijk gezegd wordt dat over en weer met grote regelmaat gedaan.
Je mag dus gewoon fantaseren en veronderstellingen verkopen als bewezen zaken, maar er zijn een paar zaken absoluut verboden in de politiek. Je mag niet bewust liegen en je mag je niet onder gemaakte afspraken uitwringen. En dat werd deze week uitgevochten.
Of hij dat mocht, want de raad gaat daar over.
D66-wethouder van vanuit-een-andere-woonplaats-kun-je-ook-uitstekend-Hoorn-verkopenzaken Ben Tap wilde graag in Heemskerk blijven wonen, in plaats van zich met heel zijn hebben en houwen naar Hoorn te verplaatsen. Of hij dat mocht, want de raad gaat daar over. Nee, natuurlijk niet! Als rechtgeaarde opponent ga je daar niet zomaar je toestemming aan verlenen. Het college heeft al te vaak haar zin doorgedreven, zonder dat je daar ook maar het dunste stokje voor kunt steken. Je laat niet over je lopen en – zoals eerder gezegd – politiek is niet voor watjes.
Ben Tap heeft bij zijn aantreden beloofd zich in Hoorn te vestigen, zoals dat een keurige wethouder betaamt, hielden verschillende partijen vol. Dat heeft hij afgesproken en dan moet hij zich aan die afspraak houden. De coalitiepartijen die een meerderheid van de raad vertegenwoordigen zagen dat anders. Ben heeft dat niet afgesproken, maar hij had de intentie om dat te doen. Dat is heel iets anders.
Ja, zo kunnen we het ook!
Toen ontspon zich het politieke gevecht om het gelijk. Een langdurig gevecht met schorsingen en beschuldigingen. Voor het volk en voor de notulen diende duidelijk te worden vastgelegd dat hier een vuil spelletje werd gespeeld. Belofte maakt schuld en de hele coalitie zet zichzelf in de etalage als een onbetrouwbaar zootje woorddraaiers. Met een intentie is het lekker wegkomen! Ja, zo kunnen we het ook! Intentie is voor de politiek als een voorhoofdshersenkwabafwijking voor de misdaad.
Voor de leek leek het een gênante vertoning te worden, maar geloof me, wie hier niet tegen kan moet zich voortaan maar bezighouden met besturen in de voetbalwereld of zo. Het enige dat ik erover wil zeggen, is dat de strijd te lang duurde. Meteen goed knallen met een paar forse oneliners. Voor iedere andersdenkende fractie een goede sneer, mag best heel plat, en dan afsluiten met een verklaring waarin de laffe houding van de coalitie wordt betreurd. Of je maakt een prachtig stukje cabareteske tekst. De oppositie beschikt daartoe over allang vermoede, maar te vaak onderschatte en te weinig gebruikte talenten van Roger Tonnaer, in wie ik voor de rest van mijn leven mijn meerdere op dat gebied zal erkennen. Hij deed de aanbeveling om voortaan elke wethouder van buiten de stad te betrekken en daar te laten wonen. Toch een tip: te veel humor relativeert.
Voor de rest werden de inzet en de kwaliteiten van de aangevallen wethouder raadsbreed erkend. Daar gaat het dan ook niet om. Hoeveel mooier zou het niet zijn om de wethouder vlak na zijn verhuizing pootje te kunnen lichten. Maar ja, van sommige mooie overwinningen in politieke veldslagen kun je slechts blijven dromen.