5 maart 2016: Column Sjaak Grosthuizen: Aanbesteden
Wat wij verwachten van gemeentebeleid is dat er geen geld over de balk gegooid wordt aan dure projecten, aan maffe ideetjes van bestuurders die een soort van pootafdruk willen nalaten in de stad of aan vast wel nuttige dingetjes die ook best een tijdje kunnen wachten totdat er werkelijk grote behoefte aan blijkt.
Ons huidige college heeft daarom bijvoorbeeld een plan voor een tunneltje onder het spoor door verruild voor plannen met een socialer en groener gehalte. Zo zijn ze namelijk. Koerswijzigingen doen af en toe pijn, ook wanneer voor mensen in plaats van voor stenen wordt gekozen. Een koerswijziging levert voor de liefhebber altijd boeiende polemiek op. Een mogelijkheid om politiek boeiend te houden.
Soms krijg je de indruk dat polemische activiteiten ontplooien juist de taak is van een oppositie. Verbale schermutselingen waarin heel af en toe duidelijk wordt dat er verschillende opvattingen bestaan over het uitgeven of juist in de zak houden van gemeentegeld. En dat is een goede zaak.
Ter leering ende vermaeck!
Nu krijgt de meerderheid doorgaans gelijk en in sommige gemeentes levert dat besluitvorming met mislukte plannen op en daar kan heel Nederland weer van genieten wanneer Kanniewaarzijn dit oppikt. Ter leering ende vermaeck! En telkens ben ik blij dat de Hoornse gemeentepolitiek niet het onderwerp is van nationaal gegniffel. Maar af en toe rijst de vraag of we dan toch eens de kans lopen in een vermakelijk toneelstukje terecht te komen.
Ik pikte deze week een bericht op, waar de raad zich dinsdagavond ook even mee zal bezighouden: de aanbesteding van het schoonmaakwerk in het gemeentehuis. Aanbesteden moet. Dat gebeurt tegenwoordig met alle klussen waar de gemeente geld voor wil uitgeven. Niet iedereen mag zomaar voor de gemeente aan het werk gaan. Vroeger heeft dat te vaak geleid tot vriendendiensten, of baantjes voor minkukelige familieleden, die toch ook aan werk geholpen moesten worden. En tot rekeningen voor die werkzaamheden die tot kritische vragen konden leiden. Met aanbesteden ben je eerlijk bezig en als je daar goede regeltjes voor afspreekt, gebeurt er niks waar je je zorgen over moet maken.
Niks bijzonders, dat is vaker gebeurd.
Binnenkort komt er een ander schoonmaakbedrijf de gemeentelijke huiskamer stof afnemen, zuigen en dweilen. Niks bijzonders, dat is vaker gebeurd. En in het verleden werd gewoon afgesproken dat de mensen die dat werk deden gewoon voor dat andere bedrijf konden gaan werken. Verandering van baas is ook verfrissend.
minder tijd voor de schoonmakers om dezelfde klus te klaren
In de onderwijswereld waar ik enige decennia mocht werken voor meestal dezelfde baas, kregen wij ook met enige regelmaat te maken met andere schoonmaakbedrijven, die de aanbestedingswedstrijd hadden gewonnen. Dat dit onveranderd leidde tot nog minder tijd voor de schoonmakers om dezelfde klus te klaren scheen iets onvermijdelijks te zijn, maar wat maakte het uit? De meeste bezoekers waren toch geen hotemetoten. Dat aanbesteden vaak leidt tot vervelende bijwerkingen hoort er nu eenmaal bij. Je moet met de tijd meegaan. Huishoudelijke hulp, zorgverlening, leerlingenvervoer en – ach, hoe lang moet ik de lijst maken? – hebben er mee te maken gehad.
De wisseling van de poetswacht in het gemeentehuis is dit keer anders. Werksaam Westfriesland gaat het allemaal zelf regelen. Dus worden de huidige poetsvrouwen er alle 23 uitgeknikkerd om plaats te maken voor nieuwe mensen die ingewerkt en hoogstwaarschijnlijk flink begeleid moeten worden. En dat is twee Hoornse partijen toch maar mooi opgevallen. Hoorns Belang en HOP schreven een brief op poten aan het college. Vragen hebben ze. Veel vragen over hoe het nu zit en hoe dit mogelijk is, ondanks de eigen regeltjes over aanbesteding.
Hoe sociaal verantwoord kun je hun zorgen weerleggen
Nu mag je best vinden dat beide partijen al enige tijd hun stinkende best doen om dit soort scheve toestanden op te sporen om daarmee het college af en toe hinderlijk voor de voeten te kunnen lopen, maar ik heb niet zomaar één, twee, drie een serie geruststellende antwoorden op hun vragen. Hoe sociaal verantwoord kun je hun zorgen weerleggen, zonder het gevoel te krijgen dat een goed politicus alles wat krom is recht kan lullen?
Misschien toch wel goed dat we daar eens aandacht aan besteden?