28 januari 2017 – Column Sjaak Grosthuizen: Verbeter de wereldpolitiek, maar in Hoorn is dat allang begonnen
Vind je nog humor in de politiek? Ja, dat wel, maar het is wel een kwestie van goed zoeken. Wie op mondiaal gebied graaft naar humor bij politici zelf, zal moeten beseffen dat er een verschil is tussen politici die onzinnige uitspraken doen en stand-up comedians, die politici op dezelfde manier nabootsen. Cabaretiers gebruiken de overdrijving als vorm van humor. Columnisten ook, om zo de belachelijkheid van uitspraken te onderstrepen. Daar waar machthebbers niet te overtreffen zijn met uitspraken, loopt de democratie groot gevaar of is al om zeep gebracht.
We zien dit gebeuren in de Verenigde Staten, waar een president officieel een alternatieve werkelijkheid de officiële regeringsstandpunten laat onderstrepen. Toegejuicht vanaf halflege pleinen die als meer dan halfvol moeten gezien. In het clubje van hardst liegende staatshoofden doet Donald J. Trump een succesvolle gooi naar de leidende positie in de wereld.
In Europa zien populisten steeds meer kansen met vertekende samenlevingsideeën te scoren. Nederland spreekt hierin een woordje mee. Geen cabaretier is meer in staat Geert Wilders te overtroeven zoals Eric van Muiswinkel ooit lukte met de leider van de Centrumpartij, Hans Janmaat. De gretig volgende media leggen het allemaal vast voor het nageslacht, bang om elke snipper moslim- en andere haat te missen en misschien bang om het krankzinnige fenomeen zelf kansloos te laten worden zonder hun berichtgeving. De samenleving heeft immers recht op idiote politici.
Wat is het dan een verademing om in Hoorn het politieke leven te mogen volgen. Toegegeven, echt boeiend is het niet wanneer je van actiefilm en grootse drama’s houdt, maar voor de liefhebber van subtiel steggelen is er zoveel te beleven. Zelfs in vergaderingen van de raadscommissie. Misschien wel juist daar, want daar worden zaken uitgebreid uitgesproken door specialisten van de fracties op enig gebied.
Het is niet spectaculair … maar het is echt
En de humor? Ja, kansen te over. Elk raadslid is te overtreffen op het gebied van zijn of haar uitspraken. En het heerlijke is dat zij zelf af en toe in staat zijn onzin uit te brengen waarom smakelijk kan worden gelachen. En, tegen het licht van de toestand van de politiek in de grotere wereld, is het zo fantastisch om te beleven dat de maker van de grappige opmerking daar zelf ook de lol van inziet. Echt, wie nog enig vertrouwen in politiek handelen wil bewaren dient zich wekelijks naar de raadzaal in Hoorn te spoeden. Het is niet spectaculair, dat zal iedereen onmiddellijk toegeven, maar het is echt.
‘Waarom schrijf jij elke week over de Hoornse democratie, Sjaak Grosthuizen?’ Die vraag krijg ik dikwijls te horen en dan antwoord ik steevast: ‘Omdat het er nog is!’
De VVD in Hoorn kent ook een raadslid die niet elke week zevert en zeurt over zaken die anders moeten dan het college graag ziet. Had jij je kunnen voorstellen dat er over de erfgoedvisie 2017-2025 een grap zou kunnen geproduceerd? Nou, niet door mij, maar wel door Bert Dijkhuizen. Die beweerde ineens dat de visie van het college lijkt op het programma van de VVD. Hilariteit natuurlijk! En die werd nog vergroot door de repliek van de immer kritische Roger Tonnaer, die uitriep: ‘Maar ik vind die nota helemaal niet zo slecht!’
Wanneer je zulke subtiele grappen herkent en weet te waarderen dan is er nog hoop. En anders die uitspraak van Andries Posthuma van de SP, toch echt niet de partij die de huidige samenleving als een onuitputtelijke bron van humor beschouwt. Andries stelde voor naar aanleiding van de structuurschets van Westfriesland om een dorp voor bejaarden in te richten. Lachen toch? En het waren niet eens alleen die twee duidelijke grappen tijdens het ruim drie uur durende debat over twee onderwerpen die zorgden voor het onbezorgde gevoel over de stedelijke democratie.
Zij is als het vogeltje in de mijn
Ooit schreef ik vanuit een misschien wel misplaatst beeld van wat een serieuze vergadering op dit niveau zou dienen te zijn over raadslid Joke van der Meij over haar gewoonte tussendoor buiten de microfoon om allerlei reacties te geven. Ze liet dat sindsdien lange tijd na. Deze week hoorde ik haar weer. Ik kon nauwelijks verstaan wat ze zei, maar dat vond ik ineens van veel minder belang! Joke was er weer als vanouds. Senang, in haar element. En ineens drong tot mij het diepe besef door, dat het kwetteren van Joke het ultieme bewijs is, dat het wel snor zit met de democratie in Hoorn. Zij is als het vogeltje in de mijn. Zolang zij zich laat horen is er niks aan de hand. Ik hoef niet eens precies te weten wat ze allemaal zegt. Ik zal nooit parodiërend trachten dit te overtreffen, want dankzij Joke, Andries en Bert weet ik nu de betekenis van het gezegde: verbeter de wereldpolitiek, maar in Hoorn is dat allang begonnen.