11 juli 2019 – Column Peter Ursem: Schoolstrijd
Ach, het is er nog een beetje. Nog steeds niet uitgestorven. Een overblijfsel uit roerige tijden, toen verschillen er toe deden. Verschillen die groot genoeg waren om er strijd voor te voeren. Niet echt te vuur en te zwaard, maar met woorden kom je ook een heel eind. Ik beken hier, dat ik mij er in de afgelopen decennia ook niet helemaal van heb gedistantieerd.
Ik heb ook driftig meegeholpen verworven posities te behouden en als het kon uit te breiden. Ik heb het over de schoolstrijd. Ruim honderd jaar geleden werd de strijdbijl niet al te opzichtig verstopt door in de Grondwet in artikel 23 uit te spreken: Het onderwijs is een voorwerp van de aanhoudende zorg der regering. Er kwam ook een soort financiële gelijkstelling, waardoor overal in den lande openbaar naast bijzonder onderwijs werd gegeven in gebouwen als bastions van het eigen gelijk.
In gebieden met overwegend Rooms-Katholieke bevolking werd het af en toe moeilijk een Protestants-Christelijke of een openbare school neer te zetten. In de gebieden waar juist een andere denominatie dominant was kregen de andere richtingen het niet altijd even gemakkelijk. Elke denominatie werd aangestuurd door besturen, al of niet ondersteund door lokale politiek met dezelfde kleur, die de heilige taak op zich namen de eigen scholen zo goed mogelijk gevuld te houden door aan te tonen dat er vanuit dat eigen gelijk toch maar het beste onderwijs gegeven kon worden. Leerlingenaantallen bevestigden de kwaliteit van de besturen of toonden aan dat er uit andere vaatjes getapt diende te worden.
Het is nu 2019 en de verschillende denominaties bestaan nog volop. In Hoorn heeft het christendom in de vele gedaanten om tactische redenen gekozen voor één geallieerde opvang van christenen van allerlei soort en degenen die daar geen bezwaar tegen hebben. In de regio menen katholiek en protestant nog op voldoende steun vanuit de eigen gelederen te kunnen rekenen.
Hoewel leerkrachten tegenwoordig met minder religieuze drijfveren in het leven staan dan hun voorouders deden, is er vaak geen bezwaar hen op de bijzondere scholen aan het werk te hebben. In openbare en bijzondere scholen worden met precies dezelfde methodes gewerkt. Een katholieke geschiedenismethode zou je misschien nog in een antiquariaat kunnen aantreffen en geen enkel kind herkent de pastor of de dominee, wanneer die toevallig een school zou binnenstappen.
En toch, en toch: een klein beetje schoolstrijd leeft nog voort. Vooral bij besturen van de scholen. Daar wordt door de dames en heren nog steeds met grote nieuwsgierigheid gekeken naar de percentages leerlingen voor hun bloedgroepscholen. Zou hierin een reden kunnen worden gevonden voor het moeizame overleg met elkaar en met de wethouder onderwijs, wanneer het gaat over lokalen die de ene school over heeft en de ander tekort komt? Al te grif je lokalen aan de concurrent beschikbaar stellen, terwijl je eigen school krimpt, lijkt niet zo’n slimme manoeuvre te zijn. Wanneer de ouders van de uitpuilende school nu gewoon hun kinderen inschrijven bij de school met nog genoeg ruimte, zou de zaak ook opgelost zijn.
Ouders kiezen natuurlijk voor het beste onderwijs. Mag je dan concluderen dat het onderwijs in de krimpende school dus wel een stuk minder van kwaliteit is? Of zitten er helaas veel meer kindertjes met een niet-Nederlandse afkomst op zo’n school, zodat goed onderwijs nu eenmaal niet meer mogelijk is? Anders gevraagd: zitten die bomvolle scholen volgepropt met kindertjes van ouders die alleen voor hun soort mensen kiezen? Hebben ouders in het algemeen genoeg verstand van onderwijs of volgens ze gewoon de massa?
Ik heb te doen met wethouders die over scholen gaan. Laveren tussen partijen die hoogstwaarschijnlijk in alle toonaarden zullen ontkennen partij te zijn in een scholenstrijd en uiterst voorzichtig uitgestoken tenen trachten te ontwijken lijkt me geen eenvoudige taak. Kwartetten met lokalen las ik in de regionale krant. Zo kun je dat ook noemen natuurlijk, maar reken erop dat geen van de partijen dat spelletje wil verliezen. Zo gaan we vrolijk door met de strijd. Helpt het wanneer er ook nog scholen met moslimsignatuur gaan meespelen? Hoe meer zielen, hoe meer vreugd. We kunnen onze lol nog volop op! Vast tot 2117 dunkt mij.