15 juli 2020 – Column Peter Ursem: Ook ik
Ik zoek regelmatig naar de beweegredenen van mensen om dingen te doen die ze eigenlijk niet moeten doen. Wanneer er een gegronde reden is om bepaald gedrag achterwege te laten, ben ik snel geneigd overtreders te bestempelen als dom, eigenwijs of tegendraads. Ik ontdekte gisteren dat ik niet ver hoef te zoeken naar iemand die dit gedrag vertoont terwijl hij er zich bewust van is dat hij zich tegendraads en naar eigen maatstaven verkeerd gedraagt. Ik kom bij mijzelf terecht. Ik heb me gisteren anders gedragen dan ik van iedereen in deze tijd verwacht. Ik hield me niet aan de anderhalvemetermaatregel.
ho, dit mag niet! Er is genoeg gewaarschuwd!
De rest van dit stukje is absoluut niet bedoeld om duidelijk te maken dat het allemaal best te vergeven is onder de gegeven omstandigheden. Ik wil voor mijzelf helder krijgen hoe het komt dat stevig in de schoenen blijven staan zo’n ontzettend ingewikkelde klus kan blijken. Tijdens de afwikkelingen rond de uitvaart van mijn schoonmoeder waren mijn vrouw en ik in nauw overleg met andere familieleden. Al bij de eerste ontmoeting na het definitieve bericht werden de eerste coronavoorzorgsmaatregelen opzij gezet. De stevige omhelzing waarmee ons gezamenlijk verdriet het duidelijkst kon worden uitgedrukt vond plaats een fractie van een seconde nadat ik mijzelf in gedachte de opdracht gaf: ho, dit mag niet! Er is genoeg gewaarschuwd!
Tijdens de uitvaart zelf trachtten wij de regels enigszins in de gaten te houden. Mijn dochter met haar vriend en mijn zoon, die we sinds begin maart niet hebben geknuffeld kregen ook gisteren geen omhelzing. Dat deed pijn. De uitvaartonderneming die het aantal bezoekers beperkt wilden houden tot zo’n vijftig personen had een zaal geregeld waarin dat mogelijk was. Er was alleen plaats voor familieleden. Mijn schoonmoeder was moeder van veertien kinderen en met partners en volwassen kleinkinderen werd die ruimte met gemak gevuld.
Het dragen van de kist door zonen en schoonzonen was een schending van de regels, maar het heeft me geen moment ervan weerhouden deel uit te maken van de zes dragers. Tijdens de nazit was er weinig aandacht voor de anderhalve meter. Ook door mij werd de veilig gewaande afstand niet meer aangehouden, maar elke keer was ik mij er zelf van bewust dat de afstand veel korter was dan het voorschrift. Het schuldgevoel daarvoor week elk ogenblik voor de behoefte aan gesprekjes met weer een ander familielid. Elk moment realiseerde dat wanneer er ook maar één aanwezige drager was van het coronavirus er een flinke groep nieuwe patiënten de Nederlandse grafieken omhoog zou jagen, maar toch heeft me dat niet weerhouden.
Wij weten hoe gevaarlijk het is te doen alsof we Trump of Bolsonaro zijn.
Het rondwarende virus lijkt een correctie te zijn van de natuur op een te grote aanwas van een van de soorten. Het covid19-virus lijkt voor de mensheid te zijn, wat het myxomatosevirus voor de konijnen is. Konijnenpopulaties kunnen daar niet aan ontkomen, omdat ze konijnen zijn en daardoor in de omstandigheid leven dat het virus optimaal succesrijk is. Wij zijn geen konijnen; we zijn begiftigd met verstand waarmee we kunnen bedenken hoe we besmetting kunnen ontlopen. Wij weten hoe gevaarlijk het is te doen alsof we Trump of Bolsonaro zijn.
Ik ben geen virusontkenner en ik twijfel oprecht aan het gezonde verstand van ieder die dat wel is. Ik heb nu ervaren dat het bewust zijn van het nut van de anderhalvemetertactiek en van het mondkapje niet genoeg is. Ik moet me er ook van bewust zijn dat het gevoel van veiligheid in de groep die je het meest nabij staat en de behoefte aan nabij contact met je dierbaren grote valkuilen kunnen zijn. Volledig mens spelen is in deze dagen levensgevaarlijk.
Wij houden de komende twee weken de regels nauwlettender in de gaten. We ontleden de hoedanigheid van elk kuchje en gevoel van onbehagen. Een vriendelijk doch dringend verzoek aan iedereen: zou je ons even willen mijden?