18 augustus 2022 – Column Peter Ursem: Zwaagse Zwemvierdaagse
Deze week even geen verhaal over politiek geharrewar of historische wetenswaardigheden. Deze week – het is immers een zomercolumn – even over mijzelf. Ik doe vanaf 1973 mee met de zwemvierdaagse. In het eerste jaar dat ik als onderwijzer aan de slag ging op de Jules Verneschool in Hoorn werkte ik mee met collega Hans Bernard aan de deelname van onze leerlingen aan de zwemvierdaagse. Het zwembad De Wijzend in Zwaag was daarmee begonnen en we fietsen met een flink ploegje leerlingen naar dat niet al te nabij gelegen nieuwe zwembad.
Zwaag is intussen een deel van de gemeente Hoorn en het zwembad ligt daar nog altijd. Ook de zwemvierdaagse is in dat bad op twee coronajaren na steeds georganiseerd. Met de leerlingen van onze school deden we elk jaar mee. Bijna alle jaren in Zwaag. Bijna, want toen in onze eigen wijk het Witte Badhuis werd geopend zijn we daar gaan zwemmen. Dat scheelde toch een flinke fietstocht.
Ik heb elke keer meegezwommen [..] en bleef de zwemmertjes aanmoedigen
Toen voor het Witte Badhuis geen toekomst meer bleek te zijn werd de aandacht weer gevestigd op zwembad De Wijzend. In de beginjaren waren wij als school beslist niet de enigen die elk jaar met de zwemvierdaagse naar De Wijzend togen. Ook bij de wandelvierdaagse waren het de scholen die dit sportfestijn opluisterden. Vanuit de Grote Waal was het wel een eind fietsen, maar dat maakte de sportprestatie juist groter. Ik heb elke keer meegezwommen en hield met een soepel oog de telling van het aantal baantjes in de gaten en bleef de zwemmertjes aanmoedigen. De af te leggen afstanden waren 250 meter voor de jongere kinderen en maar liefst 500 meter voor de kinderen uit de vijfde en zesde klas, later natuurlijk groep 7 en 8 genoemd.
Ik heb het twee keer meegemaakt dat een leerling uit de bovenbouw mijn zwemtempo bijhield of zelfs oversteeg. Ik hoopte dat dit ooit zou kunnen leiden tot ware Hoornse zwemkampioenen, maar dat gebeurde niet. Ik weet niet of ik moet zeggen: helaas niet. Ze hebben andere kwaliteiten uitgebouwd tot beroepen waarin zij zich beter thuis voelden. Ik bleef met de laatsten meezwemmen totdat iedereen klaar was. Kort daarna werden de anderen uit het kleinere bad gemaand zich aan te kleden.
Ik had deze taak op me genomen en bleef dat doen
Toen het beroep van onderwijzer veranderde in leraar en de werktijden werden onderscheiden in lesgebonden en niet-lesgebonden uren verdween ook de ruimte die kon worden benut voor het begeleiden van schoolkinderen bij diverse sporten. Schoolvoetbal, -korfbal en vierdaagse en nog meer sporten, maar gaandeweg won de opvatting dat dit meer klusjes waren voor de ouders. De zwemvierdaagse kreeg snel niet meer de plek in de schoolsportagenda’s die het had en weldra waren de kinderen van de Jules Verneschool de enigen die in schoolverband bleven meedoen. Ik had deze taak op me genomen en bleef dat doen, ook wanneer binnen de taakverdeling van de niet-lesgebonden uren daar geen ruimte meer voor was.
De Wijzend stelde onze deelname erg op prijs en men maakte van de uitreiking van de medailles een kleine ceremonie. Medewerkster Amanda was degene die dit namens het zwembad elk jaar op zich nam. Er is in de organisatie daar voldoende souplesse om de deelname van onze school aan te passen aan ons rooster van schoolreisjes. Het aantal keren dat de school deelnam aan de zwemvierdaagse is gekomen tot 39 keer. Toen ging ik met pensioen. Hoewel ik beslist niet gezien kan worden als een sportief persoon, meldde ik me wel elk jaar weer bij De Wijzend voor de volgende aflevering van de zwemvierdaagse. Alleen jammer dat er één coronajaar voorbij ging zonder de mogelijkheid een volgende medaille binnen te halen. Ook vorig jaar was het evenement voor mij niet te volgen in Zwaag, maar kon ik terecht in de Waterhoorn, waar men het nauwelijks kon geloven dat er ook al medailles bestonden voor de 48e keer.
Dit jaar is de vierdaagse wel te zwemmen in Zwaag, maar op een tijdstip dat wij in het buitenland vertoeven. Via een telefoontje naar het zwembad was het zonder probleem te verzetten naar deze week. Ik heb hem dus binnen! Medaille nummer 49. Ik vind al jaren dat ik me niet moet tevreden stellen met de verplichte 500 meter per dag, maar ik dwing mijn ongetrainde lijf er steeds een kilometer van te maken. Volgend jaar zwem ik de vijftigste keer. In Zwaag, waar ik ook begon.