OPMEER/STEDE BROEC – Het is alweer ruim drie maanden geleden dat de gemeenteraadsverkiezingen gehouden werden in Nederland. Hoe zou het gaan met de nieuwe, jonge raadsleden, nu ze een tijdje hebben kunnen wennen aan hun zetel? We vroegen het Wisse Dudink, 24 jaar actief in de raad voor Open en Duidelijk Stede Broec en Eline Leek, 23 jaar raadslid voor CDA Opmeer.
Informatief, enthousiast maar ook veeleisend. Zo werden de eerste drie maanden door zowel Leek als Dudink omschreven. Leek: “Er komt zoveel informatie op je af, je wordt echt overladen met nieuwe kennis. Je leert dingen over de begroting en jaarcijfers, dingen waar je later echt besluiten over gaat nemen. Het is ontzettend leerzaam en het gaat best wel goed.”
Voor Dudink was vooral de beginperiode heel erg hectisch: “Je leert opeens zo enorm veel nieuwe dingen. Ik dacht niet dat ik het zó druk zou hebben. Dat kwam met name door de coalitieperiode die veel tijd in beslag nam, maar uiteindelijk waren we zelfs nog de eerste gemeente met een coalitieakkoord van heel Westfriesland. Het is ook intensief omdat oudere stukken nu weer aan bod komen, waar ik als nieuw raadslid nog nauwelijks iets van weet. Maar dat is het waard.”
Over jongeren
Als ‘jongere in de raad’ hebben beide raadsleden wel iets te zeggen over de jongerengroep. Volgens Dudink heeft de gemeente heel veel invloed op de toekomst van de jongeren, maar hebben jongeren nauwelijks invloed op de gemeente. “Er wordt teveel over jongeren gepraat, maar te weinig met jongeren.” Dudink ziet graag veel meer jongerenparticipatie bij onderwerpen als huisvesting, duurzaamheid en het klimaat. “Ik vind dat we met de toekomstige doelgroep veel meer in gesprek moeten gaan. Jongeren hebben zelf vaak geen flauw benul wat er zich afspeelt in de gemeenteraad, maar zij zijn wel de toekomst.”
de gemeente heel veel invloed op de toekomst van de jongeren, maar jongeren hebben nauwelijks invloed op de gemeente
Leek ziet de andere kant van het verhaal: “Je leest in de media dat jongeren weinig betrokken zijn in de gemeente, maar in Opmeer is dat juist niet zo. Er zijn hier heel veel jonge vrijwilligers actief en er heerst veel solidariteit. Solidariteit is ook een van de politieke waarden van het CDA. Er zijn wel problemen bij jongeren. Bijvoorbeeld met eenzaamheid, maar daar hebben de ouderen ook last van. Als je de verbinding kan maken tussen die groepen dan kan je verder komen dan als je je alleen op jongeren richt.”
Landelijk is het gemiddeld 28 procent, dat vind ik veel te laag
Jongeren in de raad
Leek en Dudink zijn niet de enige jongere in hun eigen gemeenteraad. In Opmeer zijn drie van de vijftien zetels bezet door een raadslid van onder de 25 jaar. In Stede Broec zijn het er drie van de negentien. Dudink: “Stede Broec heeft daarin echt een grote slag gemaakt. Voorheen zat er namelijk helemaal niemand onder de 25 jaar in de raad. De representatie voor de jongeren is daarin wel enorm vooruitgegaan. Je merkt ook wel dat je als jongere al gauw toetrekt naar je leeftijdsgenoten in de raad en daardoor kan je al snel té ambitieus worden. Dan is het toch goed dat er ouderen in de gemeenteraad zitten met meer ervaring, die jou dan een spiegel voor kunnen houden.” Voor Eline Leek is ook het aantal vrouwen dat zich representeert in de gemeenteraad een belangrijk punt: “In Opmeer hebben drie vrouwen een zetel, waaronder ik. Landelijk is het gemiddeld 36 procent, dat vind ik veel te laag.”
De komende vier jaar gaan de twee nieuwe raadsleden zich hard inzetten voor hun gemeente. Leek wilt gaan zorgen voor een nóg betere invloed van jongeren bij vrijwilligersactiviteiten. Verder richt ze zich op meer gelijkheid tussen mannen en vrouwen en het feit dat steeds minder mensen komen wonen in Opmeer. Dudink wilt de actuele thema’s duurzaamheid, klimaat en de woningbouw aanpakken in Stede Broec.