Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing gemeente Medemblik 2025
De raad van de gemeente Medemblik;
Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 15 oktober 2024;
Gelet op artikel 15.33 van de Wet milieubeheer;
Besluit vast te stellen de volgende verordening:
Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing gemeente Medemblik 2025.
Artikel 1 Definities
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder ‘gebruik maken’: gebruik maken in de zin van artikel 15.33 Wet milieubeheer.
(lees verder onder deze advertentie)
Artikel 2 Aard van de belasting en belastbaar feit
- 1.
Onder de naam ‘afvalstoffenheffing’ wordt een directe belasting geheven als bedoeld in artikel 15.33 van de Wet milieubeheer.
- 2.
De afvalstoffenheffing als bedoeld in deze verordening wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het gebruik maken van een perceel ten aanzien waarvan krachtens de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
- 3.
De afvalstoffenheffing bestaat uit:
- a.
een vast bedrag voor een éénpersoonshuishouden per jaar;
- b.
een vast bedrag voor een meerpersoonshuishouden per jaar;
- c.
vermeerderd met een gedifferentieerd bedrag per keer dat afvalstoffen ter inzameling worden aangeboden.
Artikel 3 Belastingplicht
- 1.
De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente naar de omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
- 2.
Het gedifferentieerde deel van de afvalstoffenheffing, bedoeld in artikel 2, derde lid, onder c, wordt niet geheven van degene die krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebruik maakt van een perceel dat behoort tot een zorginstelling.
Artikel 4 Maatstaf van heffing en belastingtarief
De belasting wordt per perceel berekend naar een vast tarief, verhoogd met één of meer gedifferentieerde tarieven.
- 1.
Het vaste belastingtarief bedraagt per perceel per belastingjaar indien het perceel op 1 januari van het belastingjaar of, indien de belastingplicht later aanvangt, bij aanvang van de belastingplicht, wordt gebruikt door:
- a.
- b.
twee of meer personen € 287,42.
- 2.
Onverminderd het bepaalde in lid 1. van dit artikel bedraagt het gedifferentieerde tarief:
- a.
voor de aanbieding van een container van 140 liter bestemd voor restafval, per aanbieding € 9,46;
- b.
voor de aanbieding van een container van 240 liter bestemd voor restafval, per aanbieding € 12,81;
- c.
voor de ontgrendeling van de (ondergrondse) container voor restafval € 3,17.
Artikel 5 Belastingjaar
Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.
Artikel 6 Wijze van heffing
- 1.
De belasting bedoeld in artikel 4 lid 1. en 2. wordt bij wege van aanslag geheven.
- 2.
Per belastbaar feit kan afzonderlijk worden geheven.
Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
- 1.
De belasting, bedoeld in artikel 4 lid 1. Is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.
- 2.
De belasting, bedoeld in artikel 4 lid 2. Is verschuldigd na afloop van het belastingjaar of, zo dit eerder is, bij de beëindiging van de belastingplicht.
- 3.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting bedoeld in artikel 4 lid 1. verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
- 4.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de, in artikel 4 lid 1. voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
- 5.
Het derde en vierde lid zijn niet van toepassing indien de belastingplichtige binnen de gemeente verhuist en daar van een ander perceel gebruik maakt.
Artikel 8 Termijnen van betaling
- 1.
De aanslagen moeten worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede één maand later.
- 2.
In afwijking van het eerste lid geldt zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in twaalf gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
- 3.
De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.
Artikel 9 Kwijtschelding
Bij de invordering van de afvalstoffenheffing kan kwijtschelding worden verleend tot maximaal 100% van de aanslag waarbij 100% van de normbedragen voor bestaanskosten wordt gehanteerd voor het vaste tarief vermeerderd met:
- 1.
Maximaal 10 maal het tarief voor het aanbieden van de bak aan huis voor restafval met een inhoud van 140 liter of;
- 2.
Maximaal 8 maal het tarief voor het aanbieden van de bak aan huis voor restafval met een inhoud van 240 liter of;
- 3.
Maximaal 32 maal het tarief voor het aanbieden van een zak in de (ondergrondse) container voor restafval.
Artikel 10 Delegatie tarieven en uitvoeringsregels
- 1.
Het college is bevoegd om de tarieven, bedoeld in artikel 4, tweede lid, jaarlijks aan te passen.
- 2.
Het college kan nadere regels stellen over de heffing en invordering van de afvalstoffenheffing.
Artikel 11 Overgangsrecht
De ‘Verordening afvalstoffenheffing 2024’ vastgesteld op 30 november 2023 door de raad van de gemeente Medemblik wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 12, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Artikel 12 Inwerkingtreding en citeertitel
- 1.
Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.
- 2.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2025.
- 3.
Deze verordening wordt aangehaald als ‘Verordening afvalstoffenheffing gemeente Medemblik 2025.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Medemblik van 21 november 2024.
De griffier,
De voorzitter,
Link naar bekendmaking
Nieuws of Tips? Correcties of aanvullingen? Foto’s bij het nieuws? Mail naar redactie@onswestfriesland.nl, stuur ons een berichtje via Whatsapp 06-49 522 000 of via facebook @OnsWestfriesland.