20 november 2024 – Column Peter Ursem: Smurrie
Wat doe ik verkeerd? Deze vraag en de uitbreiding ervan naar wat geestverwanten van mij zo verkeerd hebben gedaan, houdt me met enige regelmaat bezig, maar dit keer vanwege de reactie van een zeer gewaardeerde kennis met ervaring in het actieve politieke leven. Telkens wanneer ik iets zeg over in mijn ogen rigide houding van politici of hun volgelingen, heb ik me afgevaagd waar mijn houding vandaan komt en hoe gerechtvaardigd die is.
Natuurlijk zijn de meeste handelingen en uitingen van politici en hun achterbannen door psychologen en antropologen te duiden. Ze ontstaan vanuit opvattingen en gevoelens of instincten die gewoon bij de mens horen. Veel hang af vanuit welk nest je komt. Religieuze opvattingen of opvattingen vanuit een bepaalde cultuur of sociale status spelen mee in het vormen van een mening, gevoel of handeling. Daardoor hangt daar ook een vanzelfsprekendheid aan vast en zal de behoefte om zich anders te gaan gedragen niet al te sterk zijn. Door ingrijpende gebeurtenissen kunnen die opvattingen echter veranderen tot zelfs het tegenovergestelde. Kortom, er zijn veel factoren die ervoor zorgen dat mensen doen zoals ze doen.
Ook bij de houding van menig nieuwsverslaggever mogen vraagtekens worden geplaatst
Hierin vind ik echter geen reden om daar maar niks van te vinden. Vooral het gedrag en opvattingen van politici, die naar hun inzichten de maatschappij waar ik ook deel van uit maak willen vormgeven naar een maatschappij waarin niet voor alle mensen en opvattingen plaats gegund wordt zal ik kritisch blijven volgen. Ook bij de houding van menig nieuwsverslaggever mogen vraagtekens worden geplaatst. Daarbij denk ik aan de berichtgeving rond de staatsecretaris en twee Kamerleden van de NSC, die zich hebben teruggetrokken uit de actieve landspolitiek. Ook verslaggevers van de NPO, die ik doorgaans zie als redelijk onpartijdig vroegen zich af wat deze mensen bezielde. Men begrijpt daar niets van.
Wie de politieke actualiteit de afgelopen tijd heeft gevolgd, heeft de uitleg van de terugtreders nauwelijks nodig. Hoe duidelijk is het toch dat er een zwaar vergiftigde wolk van haat jegens alles wat in de ogen van PVV-leider Gert Wilders en zijn gevolg boven het kabinet hangt. Stel dat er in de kabinetsbijeenkomsten nauwelijks een onvertogen woord daadwerkelijk wordt uitgesproken, de sfeer en de keuzes die worden gemaakt wijzen wel degelijk op die meedogenloze houding. Je hebt je gecommitteerd aan een combinatie met de partij van onverdraagzaamheid, omdat beloofd werd dat de vieze smurrie in de ijskast zal worden geplaatst, maar de hoofdrolspeler die buiten het kabinet staat blijft die smurrie ongegeneerd uitventen en let erop dat zijn vertegenwoordigers in het landsbestuur zich aan zijn vergiftigende uitgangspunten blijven houden.
Kun je dan als vertegenwoordiger van de partij, die zich in het begin van deze heilloze reis heeft uitgesproken tegen ongrondwettelijke handelingen, doen alsof je er buiten staat? Moeten media in het geval dat men uit de trein stapt zich afvragen wat deze drie mensen bewoog tot het nemen van een nauwelijks te begrijpen stap? Ik denk nog steeds dat Pieter Omtzigt zich al tijdens de langdurige overlegfase had moeten terugtrekken omdat hij toen al vreesde dat zijn vertegenwoordigers in het te vormen kabinet ontiegelijke smerige handen zou krijgen.
En dan kijk ik ook naar de politici in ons eigen Westfriesland met de nimby-hoofdstad Hoorn. Het woord ‘ benoemen’ is de afgelopen week vaak gebruikt. Wat hoop ik toch echt dat hier politieke onverdraagzaamheid niet benoemd blijft worden! Wat ben ik blij met de eigenlijk iets te schaarse berichten over stappen die genomen worden die indruisen tegen de plannen om de spreidingswet af te schaffen. Ik blijf mezelf ook in de komende tijd steeds de vraag stellen naar mijn integriteit. Hoe oprecht kritisch ben ik. Ik moet mijzelf slechts verwijten gaan maken, wanneer ik politici in Westfriesland zonder er iets van te zeggen hun handen in de smurrie zie steken.