10 juli 2024 – Column Peter Ursem: Woordenschat
Wat ik als gebruiker van de taal zo mooi vind, is dat er regelmatig nieuwe woorden opduiken. Woorden waarvan je geen enkel idee hebt wat ze betekenen en waarom je ze na het opduiken ook weer overal tegenkomt. Nou ja, overal is natuurlijk niet het geval. Er zijn woorden die eigenlijk bij maar één zaak thuis horen. Woorden die je oppikt wanneer je in de politiek bezig bent bijvoorbeeld. Zelfs raadsleden zullen moeten leren omgaan met woorden die ze tijdens hun gewone werk nooit zouden zijn tegengekomen.
Wanneer ik over politieke dingetjes schrijf die zich in Hoorn en de rest van Westfriesland voordoen, dan kom ik ze ook wel eens tegen. Woorden waarvan men je niet moet vragen naar de betekenis. Zelfs wanneer ik heb opgezocht wat ermee bedoeld wordt, kan ik ze niet zomaar gebruiken in mijn eigen teksten. In Hoorn dacht ik tot voor kort dat een wethouder makkelijker en eerder met allerlei begrippen overweg kan dan raadsleden, maar er zijn raadsleden die er zo makkelijk mee goochelen dat ik me als verbluft toehoorder afvraag of ik zelf wel in staat geacht mag worden over politieke zaken te schrijven.
Neem nou het begrip ‘ravijnjaar’. Dat klinkt afschuwelijk eng
Neem nou het begrip ‘ravijnjaar’. Dat klinkt afschuwelijk eng wanneer men het gebruikt voor het jaar waarin dit begrip concreet wordt ingevuld. 2026 wordt het ravijnjaar, dat heb je vast wel eens horen langskomen. Nu is dit begrip zelfs binnen de kortste keren te gebruiken door iedereen die zich nauwelijks met de politiek bezig houdt. Je hoeft maar één keer te zeggen dat het betekent dat de gemeenten veel minder geld krijgen van het Rijk en je kunt er zelf ook mee aan de slag. Zo ook buiten de politieke bubbel te gebruiken: ‘Ik vrees dat het volgend jaar wat mijn zakgeld betreft een ravijnjaar wordt.’ En in plaats van zakgeld kun je alles invullen waar je graag geld voor zou uitgeven: uitstapjes, een borreltje, vuurwerk, enz.
netcongestie of unsollicited proposal en wat te denken van anterieure overeenkomst met bijbehorende bovenplanse verevening?
Wanneer je verder in de gemeentelijke financiële rampentoekomst gaat snuffelen kom je een ander woord tegen: accres. Een begrip dat ongetwijfeld al jaren bestaat, zonder dat ik ooit van het bestaan wist. Ik heb ook nooit eerder gestoeid met een kasschuif. Ik luister met bewondering naar het gemak waarmee lokale politici omgaan met netcongestie of unsollicited proposal en wat te denken van anterieure overeenkomst met bijbehorende bovenplanse verevening? Het geeft natuurlijk aan dat het politieke handwerk niet zomaar wat is. Dat een persoon, die schreeuwt dat het allemaal anders moet en dat hij (of zij natuurlijk) graag gekozen wil worden om dat gegarandeerd voor elkaar te brengen, geen deuk in een pakje boter kan slaan wanneer hij (of zij natuurlijk)de politieke taal niet spreekt, spreekt voor zichzelf.
Ik heb het voorrecht om mensen te helpen die vanuit een ander taalgebied de Nederlandse taal machtig willen worden. Ik begrijp nu zelf volkomen dat uitbreiding van de woordenschat niet zomaar eventjes voor elkaar is. Je boft wanneer je een onbekend begrip vanuit de context al een beetje begrijpt. Het begrip gaat deel uitmaken van je passieve woordenschat. Wanneer het begrip op verschillende plaatsen weer opduikt kan het gebeuren dat je het zelf gaat gebruiken.
Er bestaan gelukkig ook al heel wat termen die je voor het begrip van de politieke wereld nu al kunt gebruiken. Wat te denken van populist, vuile fascist, racist, corruptie, rechtverkrachter, cultuurhater, 130kmrijder, leugenaar, volk ophitser, nationalist, nationaal-socialist en nog een paar van die begrippen. Je gebruikt ze op dit moment misschien nog niet allemaal, maar oefen gerust. Denk even aan de PVV en diens vertegenwoordigers en het gaat je vast lukken. Veel succes!