Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Medemblik 2025
De Raad van de gemeente Medemblik,
gelezen het bijbehorend voorstel van het College van burgemeester en wethouders van Medemblik d.d. 20 mei 2025;
- •
- •
- •
- •
- •
- •
- •
- •
- •
dat het noodzakelijk is om regels vast te stellen ter uitvoering van het beleidsplan als bedoeld in artikel 2.1.2 van de wet met betrekking tot de ondersteuning bij de versterking van de zelfredzaamheid en participatie van personen met een beperking of met chronische psychische of psychosociale problemen, beschermd wonen en opvang, en dat het noodzakelijk is om de toegankelijkheid van voorzieningen, diensten en ruimten voor mensen met een beperking te bevorderen en daarmee bij te dragen aan het realiseren van een inclusieve samenleving;
Vast te stellen de Verordening Maatschappelijk Ondersteuning gemeente Medemblik 2025
Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Medemblik 2025
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
- 1.
In deze verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
- a.
- b.
- c.
- d.
- e.
- f.
- g.
- h.
- i.
- j.
- k.
- l.
- m.
- n.
- o.
- p.
- q.
- r.
- s.
- t.
- u.
- v.
- w.
mantelzorg: onbetaalde hulp ten behoeve van zelfredzaamheid, participatie, beschermd wonen, opvang, jeugdhulp, het opvoeden en opgroeien van jeugdigen en zorg en overige diensten als bedoeld in de Zorgverzekeringswet, die rechtstreeks voortvloeit uit een tussen personen bestaande sociale relatie en niet wordt verleend in het kader van een hulpverlenend beroep en die de gebruikelijke hulp overstijgt; - x.
- y.
- z.
- aa.
onafhankelijke cliëntondersteuning: onafhankelijke ondersteuning met informatie en advies die bijdraagt aan het versterken van de zelfredzaamheid en participatie en het verkrijgen van een zo integraal mogelijke dienstverlening op het gebied van maatschappelijke ondersteuning, preventieve zorg, zorg, jeugdhulp, onderwijs, welzijn, wonen, werk en inkomen; - bb.
- cc.
- dd.
- ee.
- ff.
- gg.
- hh.
- ii.
- jj.
- kk.
- ll.
- mm.
- nn.
- oo.
- pp.
- qq.
- rr.
wonen met ondersteuning: voorzieningen met ondersteuning voor inwoners met psychische kwetsbaarheden die 24 uurs toezicht en -ondersteuning op geplande en ongeplande momenten nodig hebben. Hieronder vallen: Kortdurende Opvang, Ondersteund Wonen, Beschermd Wonen, Overbruggingszorg en Beschermd Thuis; - ss.
- tt.
zelfredzaam(heid): het vermogen van mensen om zichzelf te redden met zo min mogelijk professionele ondersteuning en zorg. Zelfredzame inwoners zijn in staat tot het uitvoeren van de noodzakelijke algemene dagelijkse levensverrichtingen en het voeren van een gestructureerd huishouden; zzp-er: een zelfstandig werkende hulpverlener die staat ingeschreven in het Handelsregister. De activiteiten blijkens deze inschrijving bestaan uit het verlenen van ondersteuning die past binnen de kaders van de verordening, voldoet aan de basiseisen.
- 2.
Artikel 1.2 Doelgroep van deze verordening
- 1.
Deze verordening richt zich op personen:
- a.
- b.
die samen met personen in hun naaste omgeving onvoldoende zelfredzaam zijn of onvoldoende in staat zijn tot participatie. En die in hun zelfredzaamheid en/of in hun participatie onvoldoende worden gecompenseerd met de inzet van een algemene of een algemeen gebruikelijke of een voorliggende voorziening;
- c.
- d.
- e.
- 2.
Hoofdstuk 2 Toegang tot de maatschappelijke ondersteuning
Artikel 2.2 Mandatering toegang Wonen met Ondersteuning
Het college van de gemeente Medemblik heeft met het ‘Mandaatbesluit Beschermd Wonen en Maatschappelijke Opvang’ aan het college van de gemeente Hoorn het mandaat verleend om besluiten te nemen ter uitvoering van de wettelijke taken Beschermd Wonen, Beschermd Thuis en Maatschappelijke Opvang;
- 1.
Het college verzamelt alle voor het onderzoek, bedoeld in artikel 2.3.2, eerste lid, van de wet, van belang zijnde en toegankelijke gegevens over de inwoner en zijn situatie. Zo nodig wordt de inwoner gevraagd alle gegevens en bescheiden die naar het oordeel van het college hiervoor nodig zijn en waarover de inwoner op dat moment redelijkerwijs de beschikking kan krijgen, ter beschikking te stellen aan het college.
- 2.
- 3.
- 4.
- 5.
- 6.
- 7.
- 8.
- 9.
Het college stelt na zorgvuldig onderzoek ten minste vast:
- a.
- b.
- c.
- d.
- e.
- f.
- g.
Hoe door middel van samenwerking met zorgverzekeraars, zorgaanbieders (als bedoeld in de Zorgverzekeringswet) en partijen op het gebied van publieke gezondheid, jeugdhulp, onderwijs, welzijn, wonen, werk en inkomen, er tot een zo goed mogelijk afgestemde dienstverlening gekomen kan worden om de zelfredzaamheid van de inwoner te verbeteren;
- h.
- i.
- j.
- k.
- l.
- 10.
- 11.
Artikel 2.6 Beoordeling aanwezigheid Gebruikelijke hulp
- 1.
- 2.
- 3.
- 4.
- 5.
- 6.
Artikel 2.7 Advisering door deskundigen
- 1.
Het college kan een deskundige om advies vragen. Als de deskundige niet werkzaam is onder de verantwoordelijkheid van het college, dan is artikel 3:9 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) van toepassing. Dit betekent dat het college moet controleren dat het advies zorgvuldig tot stand is gekomen. Deze zorgvuldigheid heeft zowel betrekking op de totstandkoming, de vorm en de inhoud van het advies. Hiervoor moet het college in ieder geval vaststellen:
- a.
- b.
- c.
- d.
- e.
- f.
- g.
- h.
- 2.
- 3.
Hoofdstuk 4 Maatwerkvoorzieningen
Artikel 4.1 Criteria Maatwerkvoorzieningen
- 1.
- 2.
- 3.
De maatwerkvoorziening levert, rekening houdend met de uitkomsten van het in artikel 2.5 bedoelde onderzoek, een passende bijdrage aan het realiseren van een situatie waarin de inwoner in staat wordt gesteld tot zelfredzaamheid of participatie en zo lang mogelijk in de eigen leefomgeving kan blijven.
- 4.
Een inwoner met psychische of psychosociale problemen en een inwoner die de thuissituatie heeft verlaten, al dan niet in verband met risico’s voor zijn veiligheid als gevolg van huiselijk geweld, komt in aanmerking voor een maatwerkvoorziening ter compensatie van de problemen bij het zich handhaven in de samenleving. Dit alleen voor zover de inwoner deze problemen naar het oordeel van het college niet op eigen kracht, met gebruikelijke hulp, algemene voorzieningen, met mantelzorg of met hulp van andere personen uit zijn sociale netwerk kan verminderen of wegnemen. Voor de vrouwenopvang is gemeente Alkmaar financieel en inhoudelijk verantwoordelijk.
- 5.
De maatwerkvoorziening levert, rekening houdend met de uitkomsten van het in artikel 2.5 bedoelde onderzoek, een passende bijdrage aan het voorzien in de behoefte van de inwoner aan Wonen met Ondersteuning en aan het realiseren van een situatie waarin de inwoner in staat wordt gesteld zo zich snel mogelijk weer op eigen kracht te participeren in de samenleving.
- 6.
- 7.
- 8.
Artikel 4.2 Aanvullende criteria voor woonvoorzieningen
Het college beoordeelt, in aanvulling op artikel 4.1, eerst of de inwoner kan verhuizen naar een geschikte woning of een gemakkelijker geschikt te maken woning en of die verhuizing kan leiden tot het te bereiken resultaat. Deze beoordeling zal alleen plaatsvinden indien de aanpassing van de woning een bedrag zoals genoemd in het Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning 2025 gemeente Medemblik te boven gaat.
Artikel 4.3 Aanvullende criteria voor vervoersvoorzieningen
Het college beoordeelt, in aanvulling op artikel 4.1, eerst of de inwoner gebruik kan maken van een aanwezige en bruikbare algemene voorziening, of van collectief vraagafhankelijk vervoer van deur tot deur, die in de individuele situatie van de inwoner kan leiden tot het te bereiken resultaat.
Artikel 4.8 Weigeringsgronden voor een maatwerkvoorziening
- 1.
Geen maatwerkvoorziening wordt verstrekt:
- a.
- b.
- c.
- d.
Als de inwoner de gevraagde voorziening voorafgaand aan de melding heeft gerealiseerd of geaccepteerd, tenzij er sprake is van een acute noodsituatie waardoor het voor de inwoner dringend noodzakelijk was de voorziening te treffen. Het college moet in staat worden gesteld om de noodzaak en geschiktheid van de voorziening en de gemaakte kosten achteraf nog te beoordelen. De melding kan worden gedaan tot maximaal drie maanden na het realiseren of accepteren van de voorziening door de inwoner.
- e.
- f.
Als de gevraagde voorziening al eerder aan de inwoner is verstrekt op grond van enige wettelijke bepaling en de normale afschrijvingstermijn van die voorziening nog niet verstreken is. Tenzij de eerder vergoede of verstrekte voorziening verloren is gegaan als gevolg van omstandigheden die niet aan de inwoner zijn toe te rekenen, of tenzij de inwoner geheel of gedeeltelijk tegemoetkomt in de veroorzaakte kosten;
- g.
- h.
- i.
- j.
- k.
- l.
- 2.
Artikel 4.9 Inhoud beschikking
- 1.
- 2.
- 3.
- 4.
- a.
- b.
- c.
- 5.
- 6.
Hoofdstuk 5 Persoonsgebonden budgetten (pgb)
- 1.
- 2.
- 3.
Het college controleert of de inwoner of de beoogde budgetbeheerder geschikt is voor het beheer van een pgb. Het college kijkt of deze persoon goed kan omgaan met de taken die bij een pgb horen, zoals in artikel 2.3.6 tweede lid sub a van de wet staat. Er wordt in ieder geval gecontroleerd op:
- a.
- b.
- c.
- d.
- e.
- 4.
- 5.
- 6.
Artikel 5.3 Kwaliteit van de in te kopen ondersteuning bij pgb.
De ondersteuning moet voldoen aan artikel 3.1 lid 2 van de wet.
Artikel 5.4 Onderscheid professionele en niet-professionele ondersteuning
- 1.
- 2.
Van professionele ondersteuning is sprake als de ondersteuning geleverd wordt door onderstaande personen, met uitzondering van het sociale netwerk van de inwoner:
- a.
personen die werkzaam zijn bij een instelling die ten aanzien van de voor het pgb uit te voeren taken/werkzaamheden ingeschreven staat in het Handelsregister (conform artikel 5 Handelsregisterwet 2007) en die beschikken over de relevante diploma’s die nodig zijn voor uitoefening van de desbetreffende taken, of;
- b.
personen die aangemerkt zijn als zzp-er. Daarnaast moeten ze ten aanzien van de voor het pgb uit te voeren taken/werkzaamheden ingeschreven staan in het Handelsregister (conform artikel 5 Handelsregisterwet 2007) en aantoonbaar beschikken over de kennis, competenties en vaardigheden die nodig zijn om de benodigde ondersteuning uit te voeren.
- a.
- 3.
Artikel 5.6 Wijze van berekenen van een persoonsgebonden budget voor vervoerskosten
- 1.
Als het noodzakelijk is om individueel vervoer zoals een taxi of rolstoeltaxi te gebruiken en het collectief vraagafhankelijk vervoer van deur tot deur is niet geschikt, wordt het pgb bepaald op basis van een gemiddelde reis van 20 kilometer per keer met een jaarlijks maximum van 1.500 kilometer:
- a.
- b.
- c.
- d.
Artikel 6.1 Bijdrage in de kosten voor maatwerkvoorzieningen
- 1.
- 2.
De bijdragen voor maatwerkvoorzieningen of pgb zijn gelijk aan de kostprijs, tot aan ten hoogste het bedrag als genoemd in artikel 2.1.4a vierde lid Wmo 2015 per maand voor de ongehuwde inwoner of de gehuwde inwoners tezamen, tenzij overeenkomstig artikel 2.1.4a, vijfde lid, van de wet of hoofdstuk 3 van het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015 geen of een lagere bijdrage is verschuldigd.
- 3.
De bijdrage voor een maatwerkvoorziening of pgb ten behoeve van een woningaanpassing voor een minderjarige inwoner is verschuldigd door de onderhoudsplichtige ouders, daaronder begrepen degene tegen wie een op artikel 394 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek gegrond verzoek is toegewezen, en degene die anders dan als ouder samen met de ouder het gezag uitoefent over een inwoner.
- 4.
- 5.
Artikel 6.2 Omvang en duur eigen bijdrage voor een maatwerkvoorziening
De verschuldigde eigen bijdrage voor een maatwerkvoorziening, niet zijnde collectief vraagafhankelijk vervoer van deur tot deur, wordt afgestemd op de kosten van de voorziening zoals hieronder uitgewerkt, met een maximum van het in artikel 2.1.4a vierde lid van de wet genoemd bedrag.
- 1.
- 2.
Voor een voorziening die door het college wordt gekocht en in bruikleen wordt verstrekt is de inwoner gedurende de gebruiksperiode van de voorziening per maand een eigen bijdrage verschuldigd, gebaseerd op de kostprijs van de voorziening, inclusief eventueel kosten voor onderhoud, reparatie en verzekering gedurende de gebruiksperiode.
- 3.
- 4.
- 5.
Voor kortdurend verblijf die door het college als zorg in natura wordt verstrekt is de inwoner gedurende de gebruiksperiode van de ondersteuning per maand een eigen bijdrage verschuldigd die per etmaal is gebaseerd op de prijs die de gemeente betaald voor het regionale contract voor kortdurend verblijf.
- 6.
Artikel 6.3 Start-, pauze- en stopmoment eigen bijdrage
Het college stelt een duidelijk start-, pauze- en stopmoment t.a.v. de eigen bijdrage. Dit wordt verder uitgewerkt in de Nadere regels Wmo Medemblik 2025.
Artikel 6.4 Uitzonderingen eigen bijdrage
In aanvulling op artikel 3.8, derde lid, van het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015 wordt geen eigen bijdrage opgelegd bij de verstrekking van:
- 1.
- 2.
- 3.
- 4.
- 5.
Artikel 6.8 Tegemoetkoming meerkosten personen met een beperking of chronische problemen
Het college verstrekt een tegemoetkoming ter ondersteuning van de zelfredzaamheid en de maatschappelijke participatie aan personen met een beperking of chronische psychische of psycho-sociale problemen die daarmee verband houdende aannemelijke meerkosten hebben. Dit is gebaseerd op artikel 2.1.7 van de wet. Het college heeft hiervoor nadere regels vastgesteld in de Beleidsregel tegemoetkoming chronisch zieken, gehandicapten en ouderen van de gemeente Medemblik.
Hoofdstuk 7 Toezichthouder en handhaving
Artikel 7.1 Voorkoming en bestrijding ten onrechte ontvangen pgb’s en misbruik of oneigenlijk gebruik van de Wmo 2015
- 1.
- 2.
- 3.
- 4.
- 5.
Als het college een beslissing op grond van artikel 2.3.10 eerste lid onder a van de wet heeft ingetrokken, en de verstrekking van de onjuiste of onvolledige gegevens door de inwoner opzettelijk heeft plaatsgevonden, kan het college van de inwoner en degene die daaraan opzettelijk zijn medewerking heeft verleend, geheel of gedeeltelijk de geldswaarde vorderen van de ten onrechte genoten maatwerkvoorziening.
- 6.
- 7.
- 8.
- 9.
Artikel 7.2 Opschorting betaling uit het persoonsgebonden budget
Het college kan de Sociale Verzekeringsbank gemotiveerd verzoeken te beslissen tot een geheel of gedeeltelijke opschorting van ten hoogste dertien weken van betalingen uit het pgb als er ten aanzien van een inwoner een ernstig vermoeden is gerezen dat er sprake is van een omstandigheid als bedoeld in artikel 2.3.10, eerste lid, onder a, d of e van de wet.
Artikel 7.3 Tegengaan van oneigenlijk gebruik en fraude
Het college treft de nodige maatregelen om oneigenlijk gebruik van maatwerkvoorzieningen tegen te gaan en fraude te bestrijden. Tot deze maatregelen behoren in ieder geval:
- a.
- b.
- c.
- d.
Hoofdstuk 8 Kwaliteit en Klachten
Artikel 8.1 Kwaliteitseisen maatschappelijke ondersteuning
- 1.
Aanbieders zorgen voor een goede kwaliteit van voorzieningen, door:
- a.
- b.
- c.
- d.
voor zover van toepassing, erop toe te zien dat de kwaliteit van de voorzieningen en de deskundigheid van beroepskrachten tenminste voldoen aan de voorwaarden om in aanmerking te komen voor de in de toepasselijke sector erkende keurmerken of een extern deskundig getoetst kwaliteitsmanagementsysteem.
- 2.
- 3.
Het college neemt in de contracten en subsidieafspraken met aanbieders op aan welke kwaliteitseisen de maatschappelijke ondersteuning moet voldoen. Hierbij sluit het college zoveel als mogelijk aan bij artikel 3.1 van de wet en de kwaliteits- en deskundigheidseisen die in de desbetreffende branche gelden.
- 4.
Artikel 8.2 Verhouding prijs en kwaliteit levering voorziening door (zorg)aanbieders
- 1.
- 2.
- 3.
- 4.
Het college kan het eerste lid, onderdeel b, buiten beschouwing laten indien bij de inschrijving aan de aanbieders de eis wordt gesteld een reële prijs voor de dienst te hanteren die gebaseerd is op hetgeen gesteld is in het tweede en derde lid. Daarover legt het college verantwoording af aan de gemeenteraad.
Artikel 8.3 Meldingsregeling calamiteiten en geweld
- 1.
- 2.
- 3.
- 4.
- 5.
Zowel gecontracteerde aanbieders als aanbieders die vanuit een pgb zorg leveren doen altijd melding van calamiteiten en geweld bij de toezichthouder. De verantwoordelijkheid van de aanbieder blijft om passende maatregelen te treffen naar aanleiding van de melding en van het voorkomen van meldingen in de toekomst.
- 6.
Artikel 9.1 Betrekken van inwoners bij het beleid
- 1.
Het college betrekt ingezetenen van de gemeente, waaronder in ieder geval cliënten of hun vertegenwoordigers, bij de voorbereiding van het beleid voor maatschappelijke ondersteuning. Dit gebeurt met inachtneming van artikel 150 van de Gemeentewet en zoals vastgesteld in de Inspraakverordening van de gemeente Medemblik.
- 2.
Het college stelt inwoners vroegtijdig in de gelegenheid voorstellen voor het beleid over maatschappelijke ondersteuning te doen, advies uit te brengen bij de besluitvorming over verordeningen en beleidsvoorstellen over maatschappelijke ondersteuning, en voorziet hen van ondersteuning om hun rol effectief te kunnen vervullen.
- 3.
Artikel 11.1 Hardheidsclausule
Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de inwoner of mantelzorger afwijken van de bepalingen in deze verordening, als toepassing van de verordening tot bijzondere en onvoorziene nadelige gevolgen leidt.
Het college kan aan het verstrekken van een voorziening voorwaarden verbinden, die verband houden met de aard en het doel van een bepaalde voorziening.
Artikel 11.3 Financieel besluit en nadere regels
Het college stelt een financieel besluit en nadere regels vast. Hierin wordt de uitvoering van deze verordening, de omvang van verstrekking en de omvang van de eigen bijdrage meegenomen.