26 maart 2025 – Column Peter Ursem: René Descartes en wassend water
(onderaan het artikel wordt deze column voorgelezen)
Soms schrik ik me kapot van een nieuwsbericht. Wanneer je denkt dat de veiligheid van half Nederland niet in de handen ligt van één organisatie die een overzicht heeft van kwetsbare plekken, maar voortaan geregeld wordt door een keur aan over het land verspreide goedwillende kleinere organisaties. Ik heb het over onze dijkenbouw. Dijken zijn voor ons land van levensbelang. René Descartes, een Franse wetenschapper en filosoof, die een tijdje in ons land heeft verbleven deed naast zijn beroemde uitspraak ‘Cogito, ergo sum (ik denk, dus besta ik), een andere uitspraak die uitsluitend ons land betreft: ‘God schiep de aarde, behalve Nederland. Dat liet hij aan de Hollanders over. ‘
Hij wees op het feit dat in Nederland niet alleen een strijd tegen het dreigende water werd gevoerd, maar zelfs een veroveringstocht. Polderen is ook een werkwoord dat nooit in Zwitserland bedacht had kunnen worden. Dat de strijd tegen het water af en toe verloren werd, weten we. De diverse grote overstromingen kennen we vanuit de geschiedenisboekjes waar ze worden aangeduid met de naam van de heiligen die daar op die dagen kennelijk niet over gingen. De laatste grote overstroming die een vaste plek in de canon van de Nederlandse geschiedenis kreeg is die van 1953.
De overstromingen waren vooral het gevolg van onderhoudsachterstand die de dijken trof. Na zo’n overstroming werden nieuwe afspraken gemaakt om herhaling te voorkomen. We hebben nog een paar eeuwen ook de situatie gekend van het omgekeerde van bescherming tegen het water: de waterlinie. Daarmee beschermden wij ons tegen oorlogszuchtige buren middels het doorsteken van dijken. Dat is nu een stuk erfgoed geworden. De droge linies dienen droog te blijven. We kennen hooguit nog overstroomgebiedjes wanneer het rivierwater veel te hoog dreigt te komen. Het Deltaplan was na 1953 een enorme klus die centraal geregeld uitgevoerd werd. Algemeen was in Nederland de houding dat het maar goed was dat de strijd tegen het water centraal werd aangestuurd en ieder die tegen de aanpak was mocht je beschouwen als een wappie met waanideeën en lagere overheden moesten vooral zorgen dat ze geen onzin moesten uitkramen.
Natuurlijk mag je het een groot goed vinden dat inspraak bestaat in alles wat in Nederland door overheden bedisseld moet worden. Dat is democratie en daar ben ik een enorm groot voorstander van. Maar het idee, dat de zorg voor droge voeten nu afhankelijk is van wat 21 lokale waterschapjes beslissen vind ik verontrustend. Ik vernam dat driekwart van de kosten voor de aanpak om onze dijken op orde te houden opgaat aan voorbereidend werk, waaronder uitzoekwerk en overlegstructuren en notapennerij van die lagere overheden die er nu allemaal wat van mogen vinden. Er is wereldwijd sprake van wassend water en dat gaat door ondanks waanwijstrumpisme dat ook in onze bestuursorganen een plek wil veroveren. Als we te laat zijn verzuipt half Nederland.
Ziedaar mijn schrik. Wanneer het water een echt dreigend voorkomen krijgt moet je al voorbereid zijn en niet in nog half afgemaakte overlegprocedures verkeren. Laat dit soort zaken over aan één orgaan, dat zich natuurlijk wel permanent dient te verantwoorden tegenover onze landelijke overheid. Ik voel er niks voor om bezoekers aan onze woning te wijzen op een markeringen op onze muur tot hoe hoog het water dit jaar weer zou kunnen komen wanneer de dijken het zouden begeven. Ik ben verdorie de afgelopen dagen af en toe bezig geweest met denken over de verhuizing naar de bovenverdieping van diverse zaken die nu nog nietsvermoedend op de benedenverdieping staan, liggen en hangen. Ik denk, dus er bestaat vrees voor de toekomst.
René Descartes bedacht zijn uitspraak in de tijd dat democratie in Nederland nog een beetje uitgevonden moest worden. Een leuke uitspraak, zelfs om te onthouden en wanneer de omstandigheden dat rechtvaardigen, te bezigen. Een veer in ons eigen achterste. Maar de uitspraak dreigt een farce te worden, wanneer wij de strijd tegen het wassende water laten voeren door 21 of veel meer verkozen overheidjes, die allemaal ons vertrouwen willen hebben dat de regeltjes goed in acht worden genomen. Ik kies liever voor blijvend wantrouwen tegen dat water buiten onze dijken.
Liever de column beluisteren. Dat kan hieronder. (de stem is niet die van Peter Ursem)