16 januari 2025 – Column Peter Ursem: Sport enzo
Het is een eeuwigheid geleden dat ik naar de plaatselijke voetbalvelden ben geweest om voetballertjes aan te moedigen of zelfs coachen. Schoolvoetbal, dat was de daartoe reden en het aanmoedigen ging meestal verder dan langs de lijn een praatje hebben met collega’s of ouders die toevallig de tijd hadden om ook te komen aanmoedigen. Men doet er verstandig aan mij niet te beschouwen als iemand met grote kennis van het spel. Grote liefhebber is ook wat mij betreft een enorme overdrijving. Ik volg het voetbalgebeuren niet of nauwelijks.
Schoolvoetbal was toen gezellig en omdat ik nu al twaalf jaar met pensioen ben, heb ik geen enkel idee of het schoolvoetbal nog steeds voor een belangrijk deel wordt ervaren als gezellig. Mijn kinderen hebben beiden geen aanwijsbare belangstelling voor deze tak van sport en wanneer in een gesprek een sport langs komt, betreft dat meestal niet voetbal. Mijn kleinkinderen zie ik voorlopig geen ambities koesteren om ooit deel te gaan uitmaken van een alom geprezen elftal. Ik ben niet tegen voetbal en ook niet voor een bepaalde club. Ik vind het wel jammer dat er rondom voetbal zo’n heisa kan ontstaan dat het een beetje op een oorlog lijkt.
Daarom lijkt mij een ontwikkeling mooi dat de voetbalclubs in Waterland daadwerkelijk pogingen doen om verhuftering op en rond het voetbalveld te voorkomen. Mensen, die een stuk verder willen komen dan doorgaans met nieuwjaarswensen wordt bereikt, hebben een plan met duidelijke afspraken bedacht en een plek kunnen geven om die plannen uit te voeren. In die regio hebben de voetbalclubs het echte voornemen om het plan te laten slagen. Spelers, coaches en ouders krijgen duidelijk te weten wat voortaan de regels rond het sportieve gebeuren zijn en vanuit de clubs worden stappen ondernomen om de nieuwe aanpak ook kans te geven om te slagen.
De KNVB heeft hem toen een tijdje op non-actief gesteld
Ik heb ooit een zwager gehad met bokservaring die ook voor de amateurvoetbal scheidsrechter was. Hij heeft ooit een dreigende aanval tegen hem op het veld gestopt met het bijna knock-out slaan van de agressieve speler. De KNVB heeft hem toen een tijdje op non-actief gesteld. Het is natuurlijk niet de aanpak die ik zou aanbevelen, maar mijn zwager heeft toen hij weer het fluitje mocht blazen zelden meer een agressieve houding van een voetballer op het veld moeten verduren. De Waterlandse oplossing beoogt juist een aanpak zonder enige agressie. En ik hoop, hoewel dit alles zich niet in mijn wereldje afspeelt dat deze aanpak zal slagen en voorts zal worden overgenomen in alle voetbalregio’s.
Bestaan er in ons land sporten die meer huftergedrag lijken op te roepen dan bij voetbal?
Of deze ontwikkeling ook gezien kan worden als een mooi begin om alle voetbalgeweld rond het professionele voetbal te laten eindigen, waag ik te betwijfelen. Helaas, zeg ik erbij. Daar zou men brullende vaders en oververhitte coaches langs de lijn nauwelijks opmerken. Daar zijn het de overenthousiaste fans van de club, die zich vooral focussen op de ultieme sensationele gevoelens die vrijkomen in de confrontatie met de soortgelijke enthousiastelingen van de tegenpartij. Ik weet niet of men na afloop van de confrontatie met de mobiele eenheid probeert na te gaan of de ingezette politiemacht dankzij hun sportieve gevechtsinspanning zonder spelregels en scheidsrechter groter was dan toen de match bij de tegenstanders was.
Bestaan er in ons land sporten die meer huftergedrag lijken op te roepen dan bij voetbal? Hoe komt dat dan? Is het een onuitroeibare en helaas door UNICEF niet aangewezen culturele activiteit die helemaal past binnen onze Nederlandse volksaard? Is er al een politieke partij die roeptoetert dat we met onze elitaire fikken moeten afblijven van voetbalgeweld en zijn er psycho- en antropologen die menen dat door het beoefenen van voetbalgeweld de behoefte aan oorlogsgeweld prachtig wordt onderdrukt en dat wij daarom behoren tot de meest vredelievende naties?
Ik heb genoten van mijn bijdrage aan het schoolvoetbal in mijn jongere jaren en kunnen we niet eens overstappen naar spannende dam- en schaakwedstrijdjes?