23 februari 2019 – Column Sjaak Grosthuizen: Lappendagcultuur
Wie denkt dat politici tijdens de recesperiodes zich zonder enig bezwaard gemoed overgeven aan een tijdje dolce far niente, heeft het goed mis. Juist dan openbaren zich de diepere wensen van hen die wij verkozen hebben op die belangrijke post. Hoewel er deze week geen raadscommissie- of raadsbijeenkomst is geweest, worden de regionale pagina’s van de krant gevuld met voorstellen waar over is nagedacht.
Deze week trof mij de kop: ‘Tap lappendag langer open’. Dat hierbij niet direct aan een maatregel van wethouder Tap gedacht diende te worden, is duidelijk door het woord Lappendag. Lappendag is waarschijnlijk ontstaan in 1446, toen Hoorn een derde jaarmarkt werd toegestaan. Bij mijn komst in Hoorn in 1973 is mij het bestaan van Lappendag direct uitgelegd door collega’s. Je dient als je te Lappen gaat om zes uur ’s morgens de kroeg in te duiken. De vrouwen struinen de lapjesmarkt af, op zoek naar ontbrekende zaken op huishoudelijke en handwerkkundig gebied, terwijl de mannen zich tegoed doen aan steeds minder spitse conversaties met bekende en onbekende lotgenoten in de kroegen. Een soort tappendag dus.
Bovendien werd er vlak voor drankpauzetijd extra snel nog alcohol geconsumeerd.
We kenden enige jaren geleden een dusdanige toename van laveloosheid die ontaardde in geweldsconflicten – ik las de term ‘klappendag’ – dat de wakkere politici van 1984 in meerderheid vonden dat er een drinkpauze diende te worden ingelast. Na vier uur ’s middags werd elke commerciële mogelijkheid van geef me nog een druppie verboden. Deze maatregel leverde weliswaar iets meer veiligheid op, maar dat ging ten koste van de omzetcijfers van de Horeca. Bovendien werd er vlak voor drankpauzetijd extra snel nog alcohol geconsumeerd. Voor de Hoornse Horeca betekende de scoringsdrang van de massaal toegestroomde dorstigen ook een dag van scoren met de omzet.
Zowel VVD als D66 hebben speciale voelhoorns voor het commerciële welzijn van de neringdoende bevolking en zijn dan ook zeer ontvankelijk voor de dringende wens van de Horecawereld om de drankpauzemaatregel weer even tegen het licht te houden. De Horecabazen kwamen zelf met het voorstel om het startschot voor het Lappendagzuipfestijn pas om negen uur ’s morgens te geven om dan door te buffelen tot vijf uur ’s middags.
Twee aanstormende politieke talenten van VVD en D66, Rob Droste en Niek Heijne, beiden van vóór de drooglegging, menen dat de maatregel uit 1984 de langste tijd heeft gehad. Een uiterst bezadigde, maar nog immer bevlogen fractievoorzitter van FT, die zich in 1984 al warm liep om raadslid te worden, denkt er totaal anders over. Hij kent de weerzinwekkende onterende taferelen die zich op deze laatste kermisdag ontwikkelden.
Dit moeten wij niet terug willen, vindt hij.
Is dat terecht? Er wordt beweerd dat het publiek van nu anders is dan het publiek van toen. Dat is enorm veranderd en de cultuur is dat ook. Ik moet bekennen dat ik enige schroom voel bij de combinatie van de termen drank en cultuur. Wanneer het blijft bij het met mate nippen aan speciale bieren, wijnen of whisky’s om te ontdekken welke exquise smaaktonen zich openbaren bij het nauwgezet proeven, dan ben ik geneigd daar het woordje cultuur bij te plakken. Het culturele gehalte van Lappendagzuipen zal het mijns inziens nimmer brengen tot een door UNESCO beschermd cultureel erfgoed.
‘Hoorn is niet echt gastvrij op Lappendag’ luidt de titel van het vervolgartikel in de krant. Dat zul je vast niet mogen interpreteren als: Hoorn beperkt nog steeds het volgieten van permanente en tijdelijke kroegtijgers. Ik denk dat voorstanders van verlichting van de drankmaatregel niet graag herinnerd willen worden aan de vechtpartijen die zich nog steeds voordoen na sluitingstijd en aan de iets nieuwere culturele trend om drankgebruik te combineren met gedrag beïnvloedende drugs.
Het is goed om mooie tradities te blijven koesteren. Gelukkig dankt Lappendag niet alleen bekendheid door overmatig alcoholgebruik. De traditie die in 1446 begon heeft meer betrekking op een speciale markt die je niet altijd en overal aantreft. Dat moeten we gewoon zo houden.