29 mei 2019 – Column Peter Ursem: Cadeupotverteren
Misschien wil je van me aannemen dat ik graag boeken heb. Ik lees ze ook, al zou dat best iets fanatieker kunnen zijn. Daarin verschil ik met mijn vrouw. Wanneer ik een boekenbon ten geschenke krijg, wil het wel eens gebeuren dat ik me zorgen maak of de bon nog geldig is. Zodra mijn vrouw een boekenbon krijgt, zoekt ze een boekwinkel op en slaat haar slag. Ik koop iets minder afwachtend cd’s met opera’s, maar ook dan kan het gebeuren dat ik wacht totdat ik een wat groter bedrag gespaard heb voordat ik tot aankopen over ga. Ik wil best cadeaugeld uitgeven, maar ik doe er wat langer over voordat ik weet wat ik echt wil hebben. Wij overleggen veel, maar de besteding van ons cadeaugeld doen we helemaal zelf.
Iets dergelijks lijkt te gebeuren in de gemeente Koggenland. Deze gemeente bestaat zoals je weet uit zestien dorpen of gehuchten en negen buurtschappen. Toen deze kleine gemeenschapjes werden samengevoegd tot één gemeente, is de bewoners duidelijk gemaakt, dat het niet de bedoeling was om de leefgemeenschappen in de dorpen om zeep te helpen.
Toch staat maar liefst 850 duizend euro’s nog steeds te wachten op besteding
Zeer lovenswaardig en als bewijs voor het in stand houden van de dorpseigen zaken werd in Koggenland maar liefst een heel miljoen gereserveerd om leefbaarheidsinitiatieven te ontwikkelen. Hier en daar is de uitnodiging om iets te organiseren opgepakt en heeft geleid tot iets moois voor het eigen durrepie. Toch staat maar liefst 850 duizend euro’s nog steeds te wachten op besteding aan aardige dorpszaken.
Nu kunnen er meerdere zaken aan de hand zijn in of- dan wel en-verbanden. Men kan er in een dorp niet goed uit komen, want buur Jan is altijd eigenzinnig en komt met buitenissige ideeën die de rest van het dorp absoluut niet wil. In het dorp wonen geen mensen met leuke ideeën of er is al genoeg ongein. Of er zijn zoveel goeie ideeën dat die eerst maar eens allemaal goed moeten worden bekeken voordat een definitieve keuze wordt gemaakt. Of dat er wanneer het miljoen verdeeld wordt over alle dorpen er voor een dorp zo weinig over blijft dat je het geld beter even kunt vasthouden totdat er na nog eens een gul dorpskernengebaar genoeg is voor iets waar het dorp wel wat aan heeft.
En dan zijn er ook nog andere mogelijkheden, die de dorpsgemeenschappen niet aangerekend moeten worden. Het geld mag je niet zomaar over de balk gooien, zouden de vroede vaderen van Koggenland kunnen denken. Vandaar dat er ambtenaren de opdracht krijgen om de dorpen goed te begeleiden in het maken van een keuze.
Hierbij schieten mij allerlei mogelijke scenario’s door het hoofd van ambtenaren die een flink deel van hun begeleidingstaak opvullen met het benoemen van bezwaren en onmogelijkheden en – hier zal ik een beslist onbewezen en vooringenomen mogelijkheid noemen – zal het tempo waarin wensen worden omgebouwd tot resultaten worden bepaald door bestaande regeltjes die alleen ijverige ambtenaren bekend zijn.
Ik ga er niet van uit dat de centen die voorlopig in de huishoudpot van de gemeente blijven intussen aan andere zaken zullen worden uitgegeven en dat de leefgemeenschap die als laatste met een leuke wens komt aanzetten te horen zal krijgen dat de centen nu op zijn en dat ze gerust mogen proberen ook gebruik te maken van wensen die elders wel gehonoreerd konden worden.
‘Soms stranden ideeën,’
Ik begrijp dat er groepen zijn met leuke ideeën die maar niet gerealiseerd worden. Toch is er een tevreden burgemeester. Jan Franx meent dat we er allemaal nog veel van kunnen leren. ‘Soms stranden ideeën,’ lees ik in de krant. ‘En ook dat is participatie’.
Of het afwijzen van ideeën stimulerend zal werken op de bereidheid om met mekaar weer een nieuw leuk en nuttig idee te bedenken, betwijfel ik eerlijk gezegd. Ik ben blij dat ik thuis mijn eigen keuzes mag verwezenlijken.