8 april 2020 – Column Peter Ursem: Normaal
De coronacrisis doet wat met de mensen. Soms merk je dat niet helemaal. Wanneer je in Westfriesland in de buurt van een gezellige kronkelend dijkje woont, vermoed je dat de crisis niet bij iedereen het best naar boven haalt. Het interessante van het zoeken naar rustige weggetjes om een frisse neus te halen en door een lentezonnetje de broodnodige vitamine D in je huid te laten branden is dat je af en toe categorieën mensen tegenkomt, voor wie de vele malen herhaalde dringende aanwijzing om een minimale afstand van anderhalve meter aan te houden niet voor hen opgaat.
Wandelaars ziet men veelvuldig bij het naderen van elkaar bezig zijn met een speels wie gaat er uitwijken en naar welke kant? Mijn vrouw en ik hebben ontdekt dat op een afstand van 25 meter er duidelijke aanwijzingen zijn te constateren dat de tegenligger de voorgeschreven afstand wil aanhouden. Voorbij het punt van 25 meter heb je nog de kans om de eerste zijn met de uitwijkmanouevre. Maximaal drie stapjes verder is die afstand al 20 meter en vraagt de uitwijkbeweging een scherpere bocht naar links of rechts. Vaste prik is de vriendelijke knik of kort gesproken groet bij het succesvol passeren.
Het soort dat zich het minst aantrekt van de afstandafspraak zijn de sportfietsers
Wie de buitenwegen in Westfriesland bewandelt, zal hoogstwaarschijnlijk hebben vastgesteld, dat fietsers ook duidelijk zijn in te delen in soorten. Het soort dat zich het minst aantrekt van de afstandafspraak zijn de sportfietsers. Individuele sportieve trappers komen af en toe op het idee om een minimale ontwijkroute te kiezen, bij groepsfietsers – gelukkig in groepjes van maximaal vier – zie je de uitwijkbeweging nauwelijks. Ze rijden jou niet aan, zij weten je te passeren met een tussenruimte die varieert tussen de 30 en de 50 centimeter. De groepjes houden zweten en blazend een onderlinge afstand aan die alleen de anderhalve meter haalt wanneer ze achter elkaar rijden.
Een andere categorie fietsers zijn diegenen die als echtpaar de buitenlucht willen inhaleren met een zeer rustige sportieve pedaalactiviteit. Wat ons opviel op buitenwegen dat wanneer een echtpaar je nadert op een buitenweg, waar je als wandelaar veilig aan de linkerkant loopt, het de man is die het minste plaats maakt. Het onderzoek is natuurlijk niet compleet en hoewel we vermoeden dat het voornamelijk de heren van middelbare en iets hogere leeftijd zijn die van geen wijken weten, neem ik aan dat meer mensen dit hebben opgemerkt bij hun Rutteommetje.
gekozen vanwege de voornamelijk in hun eigen oren prettig en stoer klinkend gedaver
Woon je in de buurt van de Westfriese omringdijk, of het nu langs het IJsselmeer is of de dijkjes landinwaarts, dan kan het je niet ontgaan zijn dat motorrijders, die het op dit moment geen haalbare zaak vinden om over de bergpassen in Zwitserland te scheuren, zich met overgave behelpen met de Westfriese bochtjes. We klagen niet over de afstand die zij ten opzichte van elkaar aanhouden. Hun motoren zijn kennelijk ook gekozen vanwege de voornamelijk in hun eigen oren prettig en stoer klinkend gedaver. Terecht wordt de nu aan de gemeentebesturen gevraagd hier iets tegen te doen en wie weet ziet dit onderwerp ook de kans langs te komen in de videoconferenties die nu heel spannend worden uitgeprobeerd.
Het coronavirus doet wat met de mens. Zo dadelijk is het Pasen, een iets bescheidener eetfeestje met leuke uitstapjes in de ontwakende natuur met vele ontluikende bloemetjes en uitbottende takjes. En hoor toch: er zijn ook vogeltjes! Deze week kwamen ook enkele hoopgevende berichten die leken aan te kondigen dat het hoogste punt van de puntgrafiek is bereikt en dat het allemaal goed gaat komen. Kortom twee goede redenen om alle waarschuwingen om zich te houden aan de bedreigingmatigende voorschriften nog eens nadrukkelijk te herhalen in een speciale toespraak tot het volk van onze M.P. Gek eigenlijk, dat bij goede berichten zomaar ineens vergeten wordt wat het nieuwe normaal is en hoe men zich gedraagt in de anderhalvemetersamenleving.