Regeling ongewenst gedrag personeel ambtelijke organisatie Opmeer
Burgemeester en wethouders van de gemeente Opmeer:
Gelet op artikel 160 Gemeentewet en op artikel 3 lid 2 van de Arbeidsomstandighedenwet:
Gelet op het instemmingsadvies van de Ondernemingsraad van 22 september 2022
De
“Regeling ongewenst gedrag personeel ambtelijke organisatie Opmeer”
Hoofdstuk 1 Inleidende bepalingen
2. Ongewenste omgangsvormen en ongewenst gedrag:
Onder ongewenste omgangsvormen en ongewenst gedrag wordt verstaan: gedrag dat valt binnen de begrippen discriminatie, (seksuele) intimidatie zoals opgenomen in artikel 1, 1 a en 2 van de Algemene wet gelijke behandeling en agressie, geweld en pesten zoals bedoeld in de artikel 3 lid 2 jo. artikel 1 lid 3 sub e en f Arbeidsomstandighedenwet;
Hoofdstuk 2 Vertrouwenspersonen.
- a.
Het College van Burgemeester en Wethouders wijst twee vertrouwenspersonen, een vrouwelijke en een mannelijke, aan voor een periode van vier jaar. Zij zijn verantwoording schuldig aan het college en de gemeenteraad, ieder voor zover zij het bevoegd gezag zijn. De vertrouwenspersonen kunnen na een evaluatie direct na het einde van de periode van vier jaar opnieuw aangewezen worden.
- b.
De vertrouwenspersoon is verplicht tot geheimhouding van alle zaken die deze in hoedanigheid van vertrouwenspersoon verneemt, behoudens voor zover enig wettelijk voorschrift hem tot mededeling verplicht of uit zijn taak bij de uitvoering van deze wet de noodzaak tot mededeling voortvloeit. De geheimhoudingsplicht vervalt niet na beëindiging van de werkzaamheden als vertrouwenspersoon. Ook de personen die door de vertrouwenspersoon worden benaderd zijn verplicht tot geheimhouding.
Hoofdstuk 3 Procedure klachtafhandeling ongewenst gedrag.
10. Informeel bemiddelingstraject.
De klachtafhandeling bestaat uit een verplicht (informeel) bemiddelingstraject.
Klager wendt zich met zijn klacht tot zijn eigen leidinggevende, dan wel de leidinggevende van de aangeklaagde. Daarbij kan de klager gebruik maken van de diensten van de vertrouwenspersoon.
Is de aangeklaagde de leidinggevende van de klager dan wendt klager zich tot de afdeling Personeel & Organisatie.
De vertrouwenspersoon of leidinggevende, dan wel een medewerker van P&O zal in eerste instantie als bemiddelaar optreden tussen klager en aangeklaagde.
11. Buiten behandeling laten van de klacht.
De leidinggevende is niet verplicht de klacht in behandeling te nemen indien zij betrekking
- A.
- B.
- C.
- D.
- E.
zolang terzake daarvan een opsporingsonderzoek op bevel van de officier van justitie of een vervolging gaande is, dan wel indien de gedraging deel uitmaakt van de opsporing of vervolging van een strafbaar feit en terzake van dat feit een opsporingsonderzoek op bevel van de officier van justitie of een vervolging gaande is.
De leidinggevende is niet verplicht de klacht in behandeling te nemen indien:
- A.
- B.
Van het niet in behandeling nemen van de klacht brengt de leidinggevende klager zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen vier weken na ontvangst van de klacht schriftelijk op de hoogte.
- a.
Indien het bemiddelingstraject niet aanslaat of de aard van het gedrag van aangeklaagde dusdanig ernstig is dat een bemiddelingstraject niet voor de hand ligt, kan klager naar de externe Landelijke klachtencommissie Ongewenst Gedrag voor de decentrale overheid. De gemeente Opmeer heeft zich aangesloten bij deze commissie.
- b.
- c.
13. Omgang met persoonsgegevens
De vertrouwenspersoon, leidinggevende of gemeentesecretaris gaan zorgvuldig om met de persoonsgegevens van de klager en aangeklaagde en gebruikt alleen maar de hoogst noodzakelijke gegevens die nodig zijn voor de bemiddeling of interne klachtafhandeling. Alle stukken die op de zaak betrekking hebben, worden na afhandeling van de klacht opgeborgen in een vertrouwelijk (personeels) dossier.
16. Citeertitel, intrekken oude regeling en inwerkingstreding
Deze regeling kan worden aangehaald als de Regeling ongewenst gedrag personeel ambtelijke organisatie Opmeer.
Het Reglement ongewenste omgangsvormen Opmeer & Klachtencommissie Ongewenst Gedrag voor de gemeentelijke overheid uit 2010 wordt ingetrokken.
Deze regeling treedt in werking op het moment van publicatie.
Aldus vastgesteld in de vergadering van 20 december 2022
Burgemeester en wethouders van Opmeer,
De heer M.A.S. Winder
Secretaris
De heer G.J. Van den Hengel
burgemeester
Toelichting wat wordt verstaan onder ongewenst gedrag: (uit de Klachtenregeling ongewenst gedrag van de Landelijke Klachtencommissie Ongewenst gedrag voor de decentrale overheid)
Het begrip “ongewenst gedrag” dient ruim te worden geïnterpreteerd. Alle vormen van verbale,
fysieke en psychische agressie worden tot ongewenst gedrag gerekend, waaronder ook sociale
uitsluiting, negeren, pesten. Ter toelichting dient de omschrijving van de begrippen discriminatie,
seksuele intimidatie, agressie, geweld en pesten uit de memorie van toelichting op de
Arbeidsomstandighedenwet zoals deze luidt per 1 januari 2009.
De factoren “direct en indirect” onderscheid met inbegrip van seksuele intimidatie en agressie en
geweld, pesten en werkdruk vallen onder het begrip psychosociale arbeidsbelasting. (…) Onder
psychosociale arbeidsbelasting worden factoren in de arbeidssituatie verstaan, die stress
Onder seksuele intimidatie wordt verstaan enige vorm van verbaal, non-verbaal of fysiek gedrag
met een seksuele connotatie dat als doel of gevolg heeft dat de waardigheid van een persoon wordt aangetast, in het bijzonder wanneer een bedreigende, vijandige, beledigende, vernederende of kwetsende situatie wordt gecreëerd. (…) Seksuele intimidatie, kan zich voordoen in een aantal
verschijningsvormen. Het kan gaan om dubbelzinnige opmerkingen, onnodig aanraken, gluren,
pornografische afbeeldingen op het werk, maar ook om aanranding en verkrachting. De definitie
van seksuele intimidatie geeft tevens aan dat hieronder moeten worden verstaan de gevallen
waarin sprake kan zijn van seksuele chantage, zodanig dat de kans op promotie en beslissingen
over het werk afhangt van verrichte seksuele diensten. Door dit gedrag kan een vijandige of
seksueel intimiderende en kwetsende omgeving ontstaan die een aanslag is op de waardigheid van
Onder pesten wordt verstaan alle vormen van intimiderend gedrag met een structureel karakter,
van een of meerdere werknemers (collega’s, leidinggevenden) gericht tegen een werknemer of een
groep van werknemers die zich niet kan of kunnen verdedigen tegen dit gedrag. Een belangrijk
element aangaande pesten op het werk is de herhaling van die gedraging in de tijd. Het gaat bij
pesten dus niet om een eenmalige gedraging. Dit gedrag uit zich op verschillende manieren maar in
- •
- •
- •
- •
- •
- •
- •
Deze opsomming is niet limitatief. Veelal is het doel van de dader om opzettelijk een andere
persoon te kwetsen, te vernederen en de waardigheid van die persoon aan te tasten.
Onder agressie en geweld wordt verstaan voorvallen waarbij een werknemer psychisch of fysiek
wordt lastig gevallen, bedreigd of aangevallen onder omstandigheden die rechtstreeks verband
houden met het verrichten van arbeid.
Bij agressie en geweld gaat het om gedragingen van verbaal geweld (uitschelden, beledigen) en fysiek geweld (schoppen, slaan, met een wapen dreigen en/of
overvallen worden). Het kan ook gaan om psychisch geweld: bedreigen, intimideren, onder druk
zetten, thuissituatie bedreigen en het beschadigen van eigendommen.
Naast seksuele intimidatie, pesten, agressie en geweld wordt uitdrukkelijk ook discriminatie tot
ongewenst gedrag in de zin van deze regeling gerekend. Voor uitleg van het begrip discriminatie
wordt verwezen naar de Algemene wet gelijke behandeling. Wettelijk is het begrip discriminatie
overigens niet gedefinieerd. De Awb noemt de gronden waarop het maken van onderscheid