11 oktober 2023 – Column Peter Ursem: Bouwlef
Van sommige berichten in de krant kan ik zomaar heel blij worden. Ik verblijdde me over het bericht dat men in Koggenland van plan is veel meer huizen te bouwen dan de provincie toestaat. Omdat het nodig is en omdat het ook kan. Kom daar tegenwoordig eens om in de bouwwereld! Koggenland vertoont een dadendrang die alom respect verdient. Nu hoop ik heel erg dat Koggenland deze spierballentaal ook kan waarmaken.
De wethouder die over de bouwplannen gaat, Rosalien van Dolder, kan de kans om strijdvaardigheid om te zetten in echte daden verklaren. Koggenland is nog de baas over de eigen grond. Er staan geen projectontwikkelaars met vriendelijke hulpvaardigheid te wachten op groen licht om een profijtelijk bouwproject te starten. Ook de voorlichting over bouwplannen en participatietrajecten houdt de gemeente in eigen hand. Hierdoor is het beter mogelijk niet alleen om meters te maken, maar ook om huizen neer te zetten die betaalbaarder zijn voor de mensen met smallere beurzen.
Dat je daar achteraf toch heel blij om kan zijn, heeft misschien maar weinig politici beseft
In Koggenland heeft men of in eerder stadium besloten gewoon geen meter grond te verpatsen aan projectontwikkelaars of het heeft in het verleden ontbroken aan wethouders die voortvarend grond verkochten om op die manier de gemeentekas goed gevuld te houden. Ik denk dat liberale fracties indertijd te weinig invloed hadden in de raad en het college. Dat je daar achteraf toch heel blij om kan zijn, heeft misschien maar weinig politici beseft. In andere Westfriese gemeenten moet men de oren wat meer naar projectontwikkelaars laten hangen.
Ik besef dat ik nu iets te duidelijk linkse taal slaak. Anderzijds is het in deze tijd bon ton om af te geven op de liberalisatie van veel overheidstaken, waardoor in onze maatschappij het oplossen van maatschappelijke problemen een stuk ingewikkelder en veel duurder werd. Van de andere kant kan het ook zomaar zijn, dat juist linksdraaiende raadsfracties de aandelen en stukken gemeentegrond verkochten om mooie sociale dingetjes te kunnen realiseren. In Koggenland heeft de lokaal gekleurde politiek indertijd gekozen om nog niet alles te verpatsen en dus meer zeggenschap te kunnen hebben.
Wat ik zo mooi vind om te vernemen, is dat men gewoon dwars tegen de provinciale politiek wil ingaan, omdat men daar argumenten hanteert waar je geen bliksem mee opschiet. Er zullen jaarlijks 150 tot 200 woningen in plaats van maximaal 100 worden geplaatst in of liever aan de rand van diverse dorpskernen, omdat die woningen hard nodig zijn. Rosalien van Dolder heb ik ooit wat minder daadkrachtig genoemd, maar nu zal ik spontaan en enthousiast de loftrompet steken.
Op diverse plekken in Westfriesland wonen ook azijnzeikerds die voortvarend bouwbeleid in de eerste participatieronde al willen torpederen
Waarschijnlijk heeft de vaste lezer van deze columns af en toe de indruk gekregen dat ik soms van hoed noch rand weet en dat geef ik gewoon ruiterlijk toe. Zo weet ik ook niet of de mooie bouwplannen van Koggenland dwars gezeten zullen worden door een tekort aan bouwvakkers en een teveel aan stikstofbelemmeringen. Op diverse plekken in Westfriesland wonen ook azijnzeikerds die voortvarend bouwbeleid in de eerste participatieronde al willen torpederen en dat gebeurt des te fanatieker wanneer er een stukje bouw komt met een sociaal randje.
De eerste overlegrondes komen er spoedig aan en ik hoop zo erg graag dat wethouder Rosalien een pakkend verhaal weet te houden. Ik moet eigenlijk zeggen: een inpakkend verhaal. Koggenland kan dan de andere Westfriese gemeente tot voorbeeld dienen. Als het tenminste nog niet te laat is en er nog wat vierkante metertjes in gemeentehanden zijn gebleven. Misschien dat belendende gemeenten nu al likkebaardend kijken naar de verrichtingen die in Koggenland wel mogelijk lijken en misschien heeft deze gemeente ook wat plek voor de woningwachtenden elders in de regio.