7 augustus 2024 – Column Peter Ursem: Wandelen met brakke poten
Dankzij een dapper volgehouden trainings- of bijna martelperiode heb ik mijn voeten zover gekregen dat ze enkele kilometers kunnen doorstappen zonder dat ze krijsen dat de Via Gladiola in het echt veel korter is. Mijn echtgenote is mijn liefdevolle maar ook strenge coach. Dankzij deze prestatie kunnen mijn vrouw en ik in de vakantieregio wandelingen maken. Zuid-Limburg biedt mooie wandelmogelijkheden met glooiende landschappen die we in ons Westfriesland niet hebben.
Om niet te verdwalen zijn overal in het land in wandelgebieden paaltjeswandelingen bedacht. Rode, blauwe of groene paaltjes geven dan een traject aan waarvan je bij het beginpunt op een grote plattegrond van de omgeving ook kunt zien hoeveel kilometer zo’n wandeling is. ‘Deze is maar zes kilometer,’ pleegt mijn echtgenote dan te zeggen. ‘Zullen we die maar doen?’ Na een bliksemsnelle scan van de staat waarin mijn voeten op dat moment verkeren ga ik enthousiast akkoord. Zuinig kijken bij afstanden korter dan deze wekt tegenwoordig een licht korzelige houding bij haar op, die zelfs kan voorkomen dat ze enig medelijden met mijn toestand kan opbrengen. ‘Dit kun je best,’ is doorgaans haar conclusie en ik moet toegeven dat slechts instemming op te brengen mijn loopcapaciteit in de loop van tijd zo ver heeft verbeterd.
Ik vrees dat het niet aan ons ligt
Ook bij Valkenburg zijn paaltjeswandelingen aangegeven, maar we zijn er tot nu toe niet in geslaagd daar ooit een compleet geleide wandeling uit te halen. Ik vrees dat het niet aan ons ligt, maar eerder aan luchthartige opvattingen van Limburgers die deze wandelroutes uitzetten. Zij gaan er van uit dat de paaltjes staan langs routes die al vanouds zo gelopen worden. Geboren en getogen Limburgers lopen deze routes als vanzelfsprekend en vinden het vanzelfsprekend af en toe langs de route een paaltje aan te treffen in dezelfde kleur als een eerder gepasseerd routepaaltje. Limburgers zijn niet zo streng in de leer, dat is wat wij, westerlingen uit een vreemde cultuur, helemaal niet kennen.
Nee, dan de wandelroutes op de Veluwe, zoals wij die niet zo lang geleden ook volgden. Keurig staat vlak voor elk kruispuntje een paaltje waarop met een gekleurd pijltje wordt aangegeven welke kant nu gekozen dient te worden en zeer kort na het kruispunt staat een paatje waarop het pijltje de richting aangeeft die inderdaad gevolgd dient te worden. Op de Veluwe kan men pas verdwalen, wanneer men zelf niet op paaltjes let. Terugkeren op je schreden tot het over het hoofd geziene paatje met pijltje brengt je weer op het rechte pad.
Routes voor het levenspad om dat eens zwaar aan te zetten. Hoe laat ik mij leiden.
Ik zie daar het grote verschil tussen Limburgers uit de losser beleefde Rooms-Katholieke geloofstraditie en het strakke zo-hoort-het-en-niet andersgeloof in de Bijbelgordel. In tijden van onzekerheid is het niet genoeg om te verwijzen naar de bewandelde paden uit het verleden. Natuurlijk is het knap wanneer je de juiste langdurig ingesleten paden weet te vinden zonder paaltjes. Dat vraagt echter grotere kennis van de omgeving. Dan kan men zelfs zonder paaltjes of pijltjes een mooie route volgen. Voor zoekenden in nieuwe omgevingen is meer nodig dan hier en daar een aanwijzing.
Tijdens de wandelingen dwaalt mijn geest vaak af naar wegen die ik zoek in het dagelijkse leven. Routes voor het levenspad om dat eens zwaar aan te zetten. Hoe laat ik mij leiden. Als een onwetende in een totaal nieuw landschap via pijltjes op precies de juiste plekken of zwerf ik rond in een groots landschap waarin ik zelfstandig mijn weg kan volgen zolang ik met behulp van uitzichten vanaf een bereikt heuveltje d verdere route kan bepalen? Begeef ik mij op een rondwandeling of ga ik ergens naar toe?
Sorry, ik ga nu lijken op een levenscoach die met behulp van mooie metaforen dolenden op een zinvolle weg wil helpen. Maar mooi toch dat wandelingen, zelfs met brakke poten, je tot aardige inzichten kan brengen. Toch?