Verordening op de heffing en de invordering van een forensenbelasting 2025
De raad van de gemeente Opmeer;
gelet op artikel 223 van de Gemeentewet;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 29 oktober 2024;
gehoord de beraadslaging in de oordeelsvormende raadvergadering van 28 november 2024;
Verordening op de heffing en de invordering van een forensenbelasting 2025.
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder woning:
een gemeubileerde woning als bedoeld in artikel 223 van de Gemeentewet.
Niet belastingplichtig is degene die ter tijdelijke waarneming van een openbare betrekking of ter bijwoning van de vergaderingen van een vertegenwoordigend openbaar lichaam, waarvan hij het lidmaatschap bekleedt, dan wel ingevolge last of bevel van de overheid, buiten de gemeente van zijn hoofdverblijf vertoeft.
Artikel 4 Maatstaf van heffing en belastingtarief
- 1.
- 2.
In afwijking van het eerste lid wordt de belasting geheven naar de waarde, indien de heffingsmaatstaf voor de onroerende-zaakbelastingen voor het belastingobject waarvan de woning deel uitmaakt voor het belastingjaar is vastgesteld met toepassing van artikel 16, onderdeel e, van de Wet waardering onroerende zaken
- 3.
- 4.
- 5.
Artikel 7 Termijnen van betaling
- 1.
- 2.
In afwijking van het eerste lid geldt, zo lang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in ten hoogste negen gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
- 3.
De ‘Verordening Forensenbelasting 2024 vastgesteld bij raadsbesluit van 14 december 2023, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 9, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.