Verordening op de heffing en invordering van marktgeld Drechterland 2025
De raad van de gemeente Drechterland;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 12 november 2024, nummer 2024-60
gelet op de artikelen 216 en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel a en b van de Gemeentewet;
gelet op de marktverordening Drechterland;
Verordening op de heffing en invordering van marktgeld Drechterland 2025
Artikel 1 Aard van de heffing en belastbaar feit
Onder de naam ‘marktgeld’ worden rechten geheven voor het gebruik van de aangewezen stand- of grondplaats overeenkomstig de bestemming ervan en/ of het genot van door of vanwege de gemeente verstrekte diensten.
Het recht, als bedoeld in artikel 1, wordt geheven van degenen, aan wie een stand- of grondplaats is toegewezen, dan wel van degenen die een standplaats heeft ingenomen.
Artikel 3 Maatstaf van heffing
Het recht, als bedoeld in artikel 1, wordt geheven naar de grondbreedte van de stand- of grondplaats in strekkende meters.
Artikel 4 Grondslag en belastingtarieven
Grondslag voor de berekening van het recht voor een standplaats is: het aantal lengte meters dat met de standplaats wordt ingenomen;
- 1.
- 2.
- 3.
Van belastingplichtigen, waarvan het recht, als bedoeld in artikel 1, voor de weekmarkt per kalenderkwartaal wordt geheven, wordt voor het innemen van een stand- of staanplaats op de jaarmarkt geen recht, als bedoeld in artikel 1 geheven voor het aantal strekkende meters, dat belastingplichtige wekelijks op de weekmarkt inneemt.
Het recht wordt geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Het belastingtijdvak is gelijk aan de aaneengesloten periode gedurende welke het belastbaar feit zich voordoet of heeft voorgedaan.
- 1.
Gehele of gedeeltelijke teruggaaf van het recht, als bedoeld in artikel 1, wordt verleend op een aanvraag, als bedoeld in artikel 242 van de Gemeentewet, indien het verschuldigde recht, als bedoeld in artikel 1, voor een kalenderkwartaal is voldaan en het innemen van een stand- of staanplaats wordt beëindigd vóór het verstrijken van de termijn, waarvoor het recht, als bedoeld in artikel 1, is voldaan. Terugbetaling vindt plaats voor zoveel ongebruikte marktdagen, als er na beëindiging van de stand- of staanplaatsinname nog resteren.
- 2.
De “Verordening marktgeld Drechterland 2024” van 18 december 2023, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, het tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.