29-03-2014 – Column Sjaak Grosthuizen: Kersvers
De afgelopen week mocht ik 17 raadsleden zien uitwuiven en 17 kersverse gloednieuwe raadsleden zien verwelkomen. 17 nieuwe raadsleden. Onze raad bestaat uit 35 leden. Bijna de helft van de raad is nu vervangen. Als dat in een andere organisatie gebeurt, dan ligt daar steevast een vervelende oorzaak aan ten grondslag. De organisatie deugde niet, de resultaten waren bedroevend, er was een onwerkbare situatie, er speelde zich een oorlog af op de werkvloer. In die gevallen is vervanging bedoeld om de kwaliteit op te vijzelen.
Kwaliteit kun je verwachten bij mensen met een hoop relevante ervaring, die bovendien ergens in de hogere echelons zijn opgevallen. Wanneer men lukraak nieuwe krachten aanneemt, omdat ze een mooi verhaal kunnen vertellen dan zal de noodzakelijke verandering in het bedrijf slechts moeizaam of helemaal niet plaatsvinden.
Een politicus moet kunnen praten als een standwerker op Lappendag
In de politiek spelen andere factoren een rol. Talent om te besturen hoeft niet noodzakelijk aangetoond te worden. Talent om te kunnen meelopen in de partijdiscipline is een stuk belangrijker. Talent om door te blijven praten en antwoorden te geven op vragen die nog niet gesteld zijn is zelfs onontbeerlijk. Een politicus moet kunnen praten als een standwerker op Lappendag. Maar slechts weinig raadsleden kunnen een diploma gemeenteraadslid tonen, laat staan een cijferlijstje.
Ik heb de zeventien oude raadsleden zien weggaan na zeer lovende woorden van de burgemeester. Hij heeft daar een niet te overtreffen talent voor. Ik zag de opgetogen meeknikkende hoofden van de raadsleden tijdens de lofuitingen en de schrik sloeg mij om het hart. De 17 afzwaaiende raadsleden zorgen dus voor een catastrofale aderlating. Hoe kun je nog geloven in een stadsbestuur die deze enorme talenten in de komende jaren moet ontberen?
Wie je ook aanstelt, de spreuken uit hetzelfde sociale evangelie zit in alle hoofden
Er zijn 17 nieuwe raadsleden teruggekomen. Ik ken er maar weinig van. Wat hebben ze voorheen gedaan om erop te kunnen vertrouwen dat alles binnen de kortste keren zal goed komen met de bestuurlijke staat van de stad? De SP heeft een compleet nieuwe fractie naar de raadsstoelen gestuurd. Nou kan dat met die partij wel goed komen, want ware leden van de SP zijn de Jehovagetuigen onder de politici. Zij kennen de in steen gebeitelde idealen waar deze partij al jaren mee leurt. Wie je ook aanstelt, de spreuken uit hetzelfde sociale evangelie zit in alle hoofden. Wat moet het voor psychologen toch erg interessant zijn om te zien hoe zij zich zullen aanpassen wanneer hun fractie een coalitiefractie wordt.
Een coalitie vormen na de afgelopen strijd om de stemmen is niet eenvoudig. Voor deze verkiezingen hebben 13 partijen zich uitermate nadrukkelijk uitgesproken voor of tegen de tunnelplannen. Dat partijen uit beide kampen op velerlei gebieden samen uitstekend een werkbare coalitie kunnen vormen is een gegeven. Nu is die samenwerking ontstellend moeilijk geworden. Of je spreekt af de tunnelplannen af te maken, of juist af te blazen, of in een stevige grote ijskast op te bergen tot het moment dat het mogelijk wordt zonder gezichtsverlies een andere tunnelvisie te hebben en zonder oudjes en gebrekkige stadgenoten in een rechtsgeaarde kou te zetten.
Elke partij die zich in de tunneloorlog in een van de twee loopgraven heeft ingegraven zal kunnen rekenen op een spervuur aan scheldkanonnades wanneer de koers omwille van een bestuurbare stad op de echt belangrijke zaken wordt gewijzigd. Compromissen de ene of de andere kant uit worden gezien als het breken van de verkiezingsbeloften. Laten we maar aannemen dat zo’n knieval slechts kan worden gemaakt door een partij die gewend is aan het feit dat men in coalitiebesprekingen veren zal moeten laten. Maar de partijen die bestuurlijke verantwoordelijkheid hoog in het vaandel hebben en daarom in de verkiezingsstrijd zetels zijn kwijtgeraakt zullen nu niet staan te springen om als de kop van Jut te fungeren.
Wij zitten op de tribune en wachten het verloop van het gevecht af
Haagse coalitiegevechten kunnen soms maanden duren. Hoe zal dat zijn in Hoorn? We hebben nu een aangenaam warm lenteweer. Is dat een voorbode voor een hete zomer?
De gladiatoren staan nu in de arena en lopen op kansen loerend om elkaar heen met net, drietand en zwaard. Wij zitten op de tribune en wachten het verloop van het gevecht af. De tijd is voorbij dat we naar de Tribuun kijken om te zien of de duim omhoog of omlaag gaat. Wij in Hoorn zijn dankzij onze gevorderde beschaving allemaal zelf een tribuun en de vechters loeren af en toe met zorgelijke blik naar de tribune. Gaan de duimen omhoog of omlaag? Over vier jaar zullen wij weer beslissen wie er in de arena mogen staan om de klappen op te vangen. Waar komen in ’s hemelsnaam die 17 nieuwe masochisten vandaan?