HOORN – Gebruikers van het Hoornse Hop zijn volgens de gemeente Hoorn positief over de pilot van afgelopen zomer van het maaien van waterplanten in het Hoornse Hop. Wel geven zij aan dat de oppervlakte die gemaaid is (in totaal 75 hectare) te weinig is om echt wat aan de waterplantenproblematiek te doen. Dat blijkt uit een evaluatie van de pilot door de deelnemende overheden.
Evaluatie pilot
Kort voor de zomer werd 75 hectare waterplanten gemaaid, verdeeld over vier gebieden in het Hoornse Hop. De kosten zijn voor rekening van de provincie Noord-Holland en de gemeenten Waterland, Edam-Volendam, Zeevang en Hoorn. De pilot is nu geëvalueerd. Van de 51 gebruikers die hebben gereageerd, heeft 69% zowel vóór als ná het maaien in de maaigebieden gevaren. Van deze groep geeft bijna driekwart aan dat het maaien heeft geleid tot aanzienlijk minder waterplanten in de maaigebieden. Daarnaast geven de gebruikers als kanttekening mee dat ook na het maaien nog steeds hinder van waterplanten is ondervonden in het Hoornse Hop. Dat wordt vooral gewijd aan het kleine oppervlakte dat is gemaaid.
“Het is heel nuttig geweest om ervaring op te doen met het maaien van waterplanten. Het belang voor de watersport- en recreatie is evident. Dat is ook de reden waarom wij ons als Markermeergemeenten hier hard voor hebben gemaakt,” aldus Wethouder Judith de Jong van de gemeente Hoorn.
Reddingsstation en Waterfront
Eric Weiffenbach, werkzaam bij het reddingsstation Zeevang en daardoor nauw betrokken bij de pilot, is blij met de pilot: “Wij hebben veel profijt gehad bij de pilot van afgelopen zomer. Doordat een geul direct vóór het reddingsstation is gemaaid, konden wij weer veilig en snel uitrukken. In de periode vóór het maaien ondervonden we nog veel overlast.”
Ook Harold IJskes van Stichting Waterfront vond de pilot geslaagd: “De provincie en betrokken gemeenten hebben laten zien dat ze de waterplantenproblematiek serieus nemen. De pilot heeft aangetoond dat het maaien van waterplanten effect heeft. Veel watersporters waren hier erg blij mee. Nu is het zaak om samen met alle betrokken partijen de financiële mogelijkheden te onderzoeken om volgend jaar ook te kunnen maaien.”.
Toekomst
Gedeputeerde Cees Loggen geeft aan de rol als regisseur in het gebied te willen voortzetten: “We hebben veel geleerd van deze pilot. Het maaien helpt tegen de waterplantenoverlast. Maar het moet elk jaar opnieuw gebeuren en kost veel geld. De provincie en gemeenten kunnen en willen die taak niet alleen op zich nemen. Wij vinden dat Rijkswaterstaat, als beheerder van het Markermeer, en de gebruikers van het water ook aan de huidige problematiek zouden moeten bijdragen. Alleen dan is het mogelijk om jaarlijks iets tegen de waterplantenproblematiek te doen. We gaan de komende periode hierover met de verschillende partners in gesprek.”